Koetsenruijter en Van der Loo benoemen in Giftig gedoe op de werkplek vijf belangrijke vormen van giftig gedoe: intimidatie, discriminatie, pesten, corruptie en seksueel geweld. Ze noemen die ‘De destructieve vijf van giftig gedoe’.
Giftig gedoe definiëren Koetsenruijter en Van der Loo als het geheel van factoren en actoren dat leidt tot zich herhalende patronen van agressief gedrag en gevoelens van onveiligheid met een destructieve impact op mensen, teams en organisaties als gevolg.
Risicofactoren
Er zijn volgens Koetsenruijter en Van der Loo vier risicofactoren van giftig gedoe. Machteloosheid, als tweede afhankelijke werkrelaties, en ten derde een diffuse en permissieve cultuur. Deze cultuur wordt gekenmerkt door vage normen en waar zogenaamd veel moet kunnen. En als vierde risicofactor noemen ze hoge ambitie, waarbij het doel de middelen heiligt.
Er is veel bekend wanneer giftig gedoe vooral plaatsvindt. Maar terecht wijzen de auteurs erop dat het belangrijker is te onderkennen hoe mensen incidenten beleven, wat hen het meest raakt.
Drie delen
Giftig gedoe op de werkplek bestaat uit drie delen. Het eerste deel, Aard, achtergronden en actualiteit van giftig gedoe. Het tweede deel heet De voedingsbodem van giftig gedoe. Het derde deel, het kortste deel en het meest praktische deel van het boek, heeft als titel Van agressie naar progressie: van giftig naar gezond.
Safety by design
De auteurs beloven dat ze in het laatste hoofdstuk, Safety by design, uitleggen wat de ‘ultieme manier is om met giftig gedoe om te gaan’. Ik denk dat de auteurs bedoelen dat ze ideeën hebben over hoe je een gezonde en veilige werksfeer bouwt. Verder werken ze de zeven uitgangspunten uit die maatgevend zijn voor het succes voor, zoals de auteurs het noemen, ‘safety by design’. Deze zeven zijn samenbrengen, supporten, samensmelten, shiften, stimuleren, structureren en samen spelen. Dat alles onder het motto ‘Een gezonde en veilige werkomgeving creëer je samen.’
Achterin in het boek staat een grote hoeveelheid noten, waarbij sommige op zich al het lezen waard zijn. Een detail, maar toch wel onhandig: er wordt in de lopende tekst van het boek nergens naar deze noten verwezen. Je moet zelf als lezer alert zijn op een mogelijke verwijzing.
Omvang
Het onderwerp verdient een boek van enige omvang, zoals Giftig gedoe op de werkplek. Verspreid in de tekst staan er regelmatig suggesties wat je als leiding en of medewerkers kunt doen wanneer je zelf giftig gedrag ervaart of bij anderen waarneemt. Maar de actiegerichte mens moet zich eerst door 270 bladzijden voorbeelden, definities en theorieën heen werken voordat hij aankomt bij de laatste 60 bladzijden die vooruitkijken.
Wat wel helpt voor de ongeduldige en actiegerichte lezer, is dat regelmatig op een pagina een vetgedrukte kernzin van die pagina staat. Het lezen van die zin kan nieuwsgierig maken naar de onderbouwing. Voorbeelden hiervan zijn:
Wij bepalen wat normaal is en zij gedragen zich naar ons oordeel abnormaal;
Sociale veiligheid gaat makkelijk over in psychologische onveiligheid;
Liever dan toe te geven dat zij als voetveeg dienen, zoeken slachtoffers de oorzaak bij zichzelf;
Het hier en nu is opgebouwd op een giftige erfenis van schadelijke incidenten die langdurig met de mantel der liefde zijn bedekt;
Ben je alleen maar reactief bezig, dan beland je automatisch in een negatieve spiraal.
Handig
Giftig gedoe op de werkplek is een vlotgeschreven en goed opgemaakt boek. Elk hoofdstuk eindigt met een kopje: ‘dit hoofdstuk in een oogopslag’. De manager die met de medewerkers in gesprek wil gaan over giftig gedoe in de eigen organisatie c.q. team, vindt daarnaast aan het slot van elk hoofdstuk gesprekspunten die kunnen helpen om het gesprek op gang te helpen. De tijd moet volgens mij leren ofze de beloofde ‘ultieme manier’ om met giftig gedoe om te gaan gevonden hebben.
Koetsenruijter en Van der Loo leggen in ieder geval een stevig fundament onder het denken over hoe je kunt zorgen voor een veilig werkklimaat, zonder giftig gedoe.
Over Rudy Kor
Rudy Kor is zelfstandig organisatieadviseur en auteur van diverse managementboeken. Tot voor kort werkte hij (als senior partner) bij Twynstra Gudde. Hij startte zijn werkzame leven bij Philips in Eindhoven. Als adviseur helpt hij (project)managers bij het effectiever inrichten van hun projecten. Als veellezer wordt hij gedreven door nieuwsgierigheid en schrijft regelmatig boekrecensies.