Welke kant gaat het op met ons kleine, dichtbevolkte land, ons Nederland? Onze vruchtbare delta, waar landbouw en natuur beide om ruimte vragen, waar eeuwen van handel via zee en achterland ons veel welvaart heeft gegeven, waar tolerante steden het klimaat hebben geschapen voor wetenschap en kunst, waar het fijn wonen is zowel in de stad als in de periferie.
Ons Nederland bereidt zich voor op een toekomst van zeespiegelstijging en verregaande digitalisering. We zitten in een energietransitie en een voedseltransitie. Na decennia van achteruitgang ervaren we nu een herwaardering van natuur, landschap en erfgoed. Het is een individualistische tijd, waarin we ons desondanks zeer verbonden voelen. Waar we precies naartoe gaan, is nog niet duidelijk. Maar een ding voelen we zeer nadrukkelijk. Deze transitietijd vraagt om verandering van richting. Rijksbouwmeester Floris van Alkemade neemt ons mee in zijn beschouwing op dit tijdperk van verandering, en biedt ons de handvatten om te bouwen aan De toekomst van Nederland.
De dreigende toekomstbeelden en pessimistische doemscenario's, daar heeft Van Alkemade niet veel mee. Pessimisme levert de grootste garantie om je gelijk te halen door even niets te doen. Verwerpelijk dus, omdat in de urgentie een grote oproep zit om zinvolle verbeteringen door te voeren en hoopvolle omwentelingen te bewerkstelligen. Het ontwerpvermogen van de architect geeft Van Alkemade het vermogen om zonder afstand en zonder blindheid deze inertie te doorbreken. Architecten gebruiken hun verbeeldingskracht om gericht in te grijpen in de fysieke wereld en mensen daarin mee te nemen.
Wij mensen doen graag het goede. Dat is een belangrijk aangrijpingspunt voor overheden om op maatschappelijke waarden te sturen. Gunstig is dat we in deze onzekere transitietijd ons collectief bewustzijn zien groeien. Kunst en wetenschap roepen ons op tot actie, en gebruiken hun verbeeldingskracht om ons in beweging te brengen richting een toekomst die gebouwd is op solidariteit en gekenmerkt wordt door een veerkrachtig landschap. In de pionierende fase bij het van richting veranderen lijkt het soms of we lukraak wat uitproberen. Vanuit efficiëntiedenken en een voorkeur voor rechte lijnen lijkt dit ongericht. Maar uit onderzoek blijkt dat het uitproberen van richtingen gebaseerd op een universeel overlevingspatroon dat uiterst geschikt is voor onbekend terrein. Dat is het. Klimaatverandering en de technologische revolutie zijn onbekend terrein en roepen allerlei sociaal-maatschappelijke vragen op, hoe daarmee om te gaan.
Als architect is de aandacht van Van Alkemade getrokken naar de periferie, het landelijk gebied waar in Nederland de transities ruimtelijk plaatsvinden. Hij vergelijkt het met de dwarsdoorsnede van een boom. De buitenrand van de boom bepaalt de vorm van de groei. Het van richting veranderen heeft in de eerste plaats betrekking op morele waarden bij ruimtelijke en sociale vraagstukken. Waarden zoals geen sporen van vervuiling en verwoesting nalaten. Afscheid nemen van roofbouw als verdienmodel. De veerkracht van het landschap versterken en de solidariteitsvragen tussen generaties en bevolkingsgroepen in acht nemen. Deze maatschappelijke waarden hebben grote zeggingskracht, ook zonder getalsmatige onderbouwing. De leidende logica van Van Alkemade is dat op langere termijn morele en economische belangen hoe dan ook overlappend zullen zijn.
Dit essay is de neerslag van vele lezingen en gesprekken. Het is gegrond in het persoonlijke verhaal van de Rijksbouwmeester. Het bevat filosofische diepgang en een historische analyse, zonder de bondigheid van de essay-vorm te verliezen. De ruimtelijke blik van de architect blijkt uit diverse voorbeelden. Bijvoorbeeld het morele doolhof dat ontstaat als begeerte wordt losgezongen van het verstand. Een beeld dat terug te zien is in tuinontwerpen met een doolhof, als plek waar men al spelende twijfel kan toelaten en continu bezig is met van richting veranderen. Het verhaal over de toekomst is nog aan alle kanten open. Het essay kleurt het niet volledig in, maar laat de mogelijkheden zien voor onze toekomst. In deze onzekere tijden, kunnen we dat zeker gebruiken.
Freija van Duijne was van 2013 tot 2018 voorzitter van de Dutch Future Society. Zij heeft meer dan tien jaar werkervaring als toekomstverkenner en strateeg in diverse overheidsorganisaties. Freija werkt vanuit haar bedrijf Future Motions en geeft trainingen en lezingen op gebied van toekomstverkennen. Ze schreef zelf ook een boek: Toekomstverkennen. Ze maakt deel uit van het collectief van toekomstdenkers voor de trendrede.
Over Freija van Duijne
Freija van Duijne was van 2013 tot 2018 voorzitter van de Dutch Future Society. Zij heeft meer dan tien jaar werkervaring als toekomstverkenner en strateeg in diverse overheidsorganisaties. Freija werkt vanuit haar bedrijf Future Motions en geeft trainingen en lezingen op gebied van toekomstverkennen.