Annemarie Bleeker en Saskia Tjepkema zijn heel eerlijk en duidelijk: veel van wat ze in Ik team, wij teamen schrijven, hebben ze niet zelf bedacht. Dat stelt me niet teleur: complimenten voor de wijze waarop ze de informatie bij elkaar hebben gebracht en die tot een zeer beknopt en leesbaar boek hebben gesmeed.
Lens
De lens die Bleeker en Tjepkema aanreiken hebben ze inderdaad niet zelf bedacht. Maar hij sprak mij enorm aan en ik heb hem een paar dagen later zelf al kunnen toepassen in een training. De lens komt uit het boek De hei op. Daarin stellen René Meijer en Lex Mulder het volgende analysekader aan de orde:
1. De harde structuur: (hoe het formeel in elkaar zit)
2. De interactiepatronen: (wat gebeurt er in de communicatie?)
3. De onderstroom: (wat gebeurt er onder de waterlijn?)
Deze lens laat zien dat gedrag structuur volgt. Als de structuur niet klopt gaan onze gesprekken daarover en kunnen die improductief worden. Dat kan dan weer tot een onderstroom leiden, die de organisatie vervolgens op slot kan zetten.
Kantors teamrollen
Aangenaam verrast was ik door de inzichten van David Kantor aan te treffen. Zijn boek Reading the Room verdient meer bekendheid. De auteurs halen de meest concrete inzichten eruit en vertalen die naar samenwerking. Zo wordt de lezer onthaald op Kantors vier teamrollen: bewegen, volgen, tegenbewegen en herkaderen. Ze zijn allemaal nodig in het team, maar de praktijk leert dat critici (tegenbewegen) vaak niet gewenst zijn. Als tegenspraak niet geduld wordt, ontwikkelt een team zich niet. De auteurs geven aan dat de vier rollen allemaal van belang zijn om tot productieve gesprekken te komen.
Bleeker en Tjepkema waarschuwen voor het gevaar dat teams kunnen vastlopen, doordat mensen te lang in een bepaalde rol blijven zitten. Gelukkig zijn de rollen geen persoonlijkheidskenmerken, dus rollen zijn niet vastgebakken aan een persoon.
Taal
Naast de rollen van Kantor brengen Bleeker en Tjepkema een ander inzicht van hem naar voren. Dat draait om de taal die teamleden hanteren. Door zich bewust te worden van de teamtaal: actietaal, betekenistaal of relatietaal, kan een team erachter komen waar haar voorkeur naar uitgaat en waar haar allergieën zitten.
Onderstroom
Naast de aandacht die er is voor de harde structuur en de interactiepatronen, is een sterk punt van dit boek dat Bleeker en Tjepkema ingaan op de vraag hoe je kunt handelen wanneer een team te maken heeft met de onderstroom. Ook hier speelt het productieve gesprek een belangrijke rol: bijvoorbeeld om ongemakken aan de orde te stellen. In een team met verschillende denkkaders, kunnen verschillende aannames aan de orde zijn. Als de teamleden zich daar niet van bewust zijn, dan kan dat de situatie verder vertroebelen. De vraag is dan ook of de denkkaders expliciet kunnen worden gemaakt en ‘op tafel kunnen worden gelegd.’ Ook hier blijkt het werk van Kantor behulpzaam.
Analyse
Waar in het eerste deel het accent wordt gelegd op de mensen van het team, gaat het tweede deel in op de diagnose. De auteurs stellen dat analyse de beste interventie is: ‘Het begint bij goed zien wat er speelt.’ Dat betekent vertragen en de tijd nemen en de moed hebben om met elkaar in gesprek te gaan. De interventies die de auteurs voorstellen, moeten starten op het hoogste niveau van de lens, d.w.z. eerst bij de structuur, dan bij de interacties en dan pas afdalen naar de onderstroom.
Contexten
Het boek biedt in het derde deel een aantal verschillende contexten waarin een team kan verkeren, zoals: een beginnend team, een team dat moet ‘wenden’, of een team dat te aardig is voor elkaar. Heel nuttig om daar kennis van te nemen. Op het eind treft de lezer allerlei werkbladen en werkvormen aan die kunnen helpen om de praktische vertaalslag te maken om van lezen tot doen te komen. Ik team, wij teamen is een verfrissend boek dat op basis van gefundeerde inzichten de praktische kant van samenwerken toont.
Over Peter de Roode
Drs. Peter de Roode is zelfstandig adviseur en trainer. Hij ondersteunt organisaties bij het invoeren van grootschalige veranderingen waarbij gedragsverandering centraal staat.