In iets meer dan honderd pagina's leggen de auteurs van Handboek voor Talententeams uit dat we op die manier het beste uit iedereen halen en dat we met meer plezier aan het werk zijn. Wie wil dat nou niet?
Het klinkt allemaal zo logisch. Maar zo snel en makkelijk als je dit boek doorleest, zo langzaam en lastig is om 'werken in talententeams' in de praktijk door te voeren. Ik merk dat ik de eerste vijftig pagina's met de nodige weerstand zit te lezen. ‘Spoor teamleden aan om eigenaarschap te nemen', ‘Ontwikkel een feedbackcultuur' en ‘Zorg voor elkaar'. Weer zo'n boek dat op papier vertelt hoe je in de praktijk prachtig kunt samenwerken, terwijl de omgangsvormen op de werkvloer vaak te wensen overlaten. Weer van die theoretici die ervan uitgaan dat alle mensen altijd en overal willen leren en groeien en het beste met elkaar voor hebben. Was dat maar waar.
Dan begin ik aan hoofdstuk 6 op pagina 51. De titel luidt Kan een team zichzelf sturen? Auteur Jan de Dreu beantwoordt deze vraag met een ja en een nee. Ja, maar dan als idealistisch vergezicht en dat staat nog ver af van de huidige praktijk in veel organisaties. En nee, omdat zelfsturend in de praktijk meestal betekent dat teamleiders worden vervangen door managers op afstand. Dat herken ik ook als ik om mij heen kijk naar organisaties. De vraag is dus wat voor werkwijze en werkcultuur dan wel gaat werken?
Vol interesse lees ik de tweede helft van het boek. Ik pas mijn mindset aan: dit boek is niet dé oplossing om het morgen meteen anders te doen. Dit boek inspireert en daagt uit om na te denken over een andere manier van organiseren en structureren van de samenwerking.
De basis van leren in een talententeam is ieders talent. De crux om dat te ontplooien is niet om nog meer kennis op te doen, maar om nieuw gedrag te laten zien. Teamleden moeten leren om vaker hun talent in te zetten. Dus doen waar je goed in bent in een omgeving die openstaat om elkaar aan te spreken en te motiveren. Ik kan mij er helemaal in vinden, al zie ik nog steeds beren op de weg. Want hoe ga je om met dwarsliggers, ego's, eigenwijze Einzelgängers en andere ‘beren'?
De auteurs van Handboek voor talententeams stellen me enigszins gerust door te schrijven dat ‘het ideale team' niet bestaat. Wie vanuit talenten wil werken als team kan het beste, met veel geduld, in kleine stappen ervaringsgericht ontwikkelen. De teamleider heeft daarbij een sleutelrol. Hij wordt ondersteund door een externe en/of interne ‘talentor', een mentor die als een schaduw achter hem staat en hem in alles ondersteunt. Die talentor of ‘change agent' is een visionair, die zijn inspiratie zoekt bij mede-talentoren. Zo ontstaat een ‘inspiratieketting' die uiteindelijk de klant inspireert. Op het moment dat ik dit lees droom ik weg. Ik zie mooie nieuwe functies en rollen ontstaan in organisaties die - mede dankzij corona - zichzelf opnieuw uitvinden en waar iedereen met plezier (weer) aan het werk is.
Over Annett Keizer
Annett Keizer is communicatiecoach en –trainer. Ze helpt professionals en teams in organisaties hun communicatieve vaardigheden te versterken. Haar drijfveer is om meer begrip voor elkaar te creëren op de werkvloer, waardoor mensen effectiever en prettiger samenwerken en maximaal resultaat behalen.