De methode heet Voice Dialogue en klinkt ingewikkeld, spannend en lijkt voer voor een gecompliceerd en abstract studieboek. Niets is echter minder waar. De auteurs is het gelukt om een heldere en praktische handleiding te schrijven voor coaches die willen werken met Voice Dialogue.
Uiteraard waarschuwen de auteurs in hun voorwoord dat methodes als Voice Dialogue niet zijn te leren door erover te lezen, maar vooral door het zelf te doen en te ervaren. Maar, dat gezegd hebbende, doen ze toch een goede poging om facilitators stapsgewijs uit te leggen hoe ze coachgesprekken volgens deze methode kunnen voeren. Stapsgewijs leggen ze uit hoe je de Voice Dialogue-sessie voorbereidt, inleidt en uitvoert. Bijzonder prettig is dat de auteurs daarbij ook ingaan op vragen die bij mij als lezer rijzen na het beschrijven van de casuïstiek in het boek, van die zogenaamde ‘Ja maar, wat als …’-vragen. Je merkt dat deze auteurs dames uit de praktijk zijn, die naast hun eigen praktijken ook gepokt en gemazeld zijn in het geven van trainingen over dit onderwerp. Het zorgt er in elk geval voor dat het boek makkelijk leest en je grip krijgt op de methodiek van Voice Dialogue.
Hoofdstukken 1, 2 en 3 geven een heldere uitleg over de achtergrond en essentie van Voice Dialogue. Voor lezers zoals ik, die nog niet eerder met Voice Dialogue werkten, is het verhelderend om te lezen hoe deze methode is ‘uitgevonden’ door Hal en Sidra Stone, een Jungiaanse analytische therapeut en zijn vrouw, die van huis uit gedragstherapeut is. Zoals elke methodiek, kent ook Voice Dialogue een eigen jargon. Het is daarom prettig dat Budde en Brugman vroeg in het boek uitgebreid stilstaan bij de meest gebruikte termen. Verstoten Ikken, het Handelend Ego en Bewust Ego Proces leggen ze uit aan de hand van herkenbare voorbeelden en metaforen.
Hoofdstukken 4 tot en met 7 beschrijven hoe je Voice Dialogue-sessies in praktijk brengt. De auteurs nemen je van begin tot eind mee in het toepassen van deze methode. Dit illustreren ze met uitgeschreven voorbeeldgesprekken, waardoor je als lezer vanuit het boek ‘meekijkt’ met de facilitator. Na elk 'gesprek' reflecteren de schrijvers op het proces. Wat gebeurde er? Waarom pak je het op deze manier aan? Wat is het effect om iets te doen of te laten? Juist deze manier van toelichten en uitleggen maakt dat dit boek met recht een handboek is te noemen.
Aan het eind van Coachen met Voice Dialogue staat de facilitator zelf centraal. Wanneer ben je een goede facilitator en hoe vertrouw je op je eigen sensitiviteit en aanpak? Vervolgd door een hoofdstuk met twee uitgewerkte cases om nog even op papier ‘te oefenen’. Het enige punt van kritiek dat ik op dit boek kan geven is dat het op pagina 214 ineens stopt. Voor mijn gevoel was ik nog lang niet uitgeleerd en ik sluit me daarom aan bij de slotopmerking van Judith Budde en Karin Brugman: ‘… er valt nog veel meer te zeggen over Voice Dailogue … we zijn er nog lang niet over uitgesproken.’. Totdat er wellicht een deel twee als vervolg verschijnt, hebben we in elk geval de trainingen nog.
Over Annett Keizer
Annett Keizer is communicatiecoach en –trainer. Ze helpt professionals en teams in organisaties hun communicatieve vaardigheden te versterken. Haar drijfveer is om meer begrip voor elkaar te creëren op de werkvloer, waardoor mensen effectiever en prettiger samenwerken en maximaal resultaat behalen.