Om te beginnen: we hebben allemaal een ego. In de definitie van Roos Vonk is dat een stemmetje in ons hoofd dat zich afvraagt: ben ik goed genoeg, doe ik ertoe? En dat stemmetje is verantwoordelijk voor ons denken en doen, of we nu willen of niet. Omdat wij, homo sapiens, nu eenmaal groepsdieren zijn, houdt ons ego continu in de gaten hoe wij liggen in onze groep. Horen we er nog wel bij? Zijn we uniek genoeg om waardevol te zijn, zonder het buitenbeentje te worden? We hebben allemaal een Sociometer, een interne meter die dit continu bijhoudt. Schiet die meter in het rood, dan neemt het ego maatregelen. En dat gebeurt onbewust.
Interne Kim Jong-Un
We hebben allemaal een psychologische huisapotheek vol middeltjes om het ego te redden. Zoals Vonk stelt: ‘Het ego werkt als een totalitair systeem waarin ongewenste informatie wordt weggefilterd, verdraaid of vergeten, en gewenste informatie wordt geaccentueerd.’ Een interne Kim Jong-Un dus… Met een interne spindoctor die onze daden een positieve draai geeft en die altijd nét een tikkie slimmer en vooral sneller is dan ons bewustzijn. Dit gespin heeft als kwalijk gevolg dat zelfverbetering een zo goed als onmogelijke opdracht is, want we hebben onze tekortkomingen al lang goedgepraat.
Bewust bekwaam worden
Dat deze huisapotheek vol met onbewuste processen zit, maakt dat we nooit onbewust bekwaam zullen worden in het sturen ervan. Oftewel: we kunnen er nooit automatisch grip op krijgen. We kunnen hoogstens bewust bekwaam worden, het stadium van leren waarin we hard moeten werken om onze vaardigheden in te zetten. Het vraagt continue alertheid en focus. Vonk geeft handvatten om dit te kunnen doen. Bijvoorbeeld door ‘wat’-vragen te stellen in plaats van ‘waarom’. We weten wat we doen, maar nooit echt waarom: onze drijfveren zijn in handen van de spindoctor.
Ook mensen met een lage zelfwaardering hebben een ego, eentje die juist hun lage zelfbeeld wil beschermen. Een uitdaging voor coaches, boks daar maar eens tegenop! Een andere manier om het ego te temmen is ‘self affirmation’, door continu te checken of je trouw bent aan wat je écht belangrijk vindt. Je bouwt daardoor een ‘psychologische buffer’ op die van pas komt als je ego een deuk oploopt.
Vermogen om groot te denken
Narcisme, hypocrisie, radicalisering, verschillen tussen mannen en vrouwen, impostergedachten, humblebragging, feedback, authenticiteit, zelfwaardering en zelfcompassie, dit en nog veel meer komt aan de orde. Mijn ego heeft altijd gelijk is een boek met een solide wetenschappelijke basis, dat door de vele anekdotes uit Vonks coachpraktijk en haar eigen leven heerlijk wegleest.
De persoonlijke noot zit nadrukkelijk in het laatste hoofdstuk, waarin Vonk de gevolgen van het beschermen van onze ego’s op grotere schaal beschrijft. Hoe polarisatie ontstaat én versterkt wordt door onze sociometers. Hoe politici niet alleen hun externe, maar ook hun interne spindoctor volop inzetten. Hoe mensen stemmen op partijen die voorstander zijn van dingen die schadelijk voor ze zijn, zoals bestrijdingsmiddelen die parkinson veroorzaken. En hoe de psychologische huisapotheek de mensheid van middeltjes voorziet om ons te doen geloven dat we een superieure levensvorm op aarde zijn, die heus slim genoeg is om de de planeet bewoonbaar te houden.
Vonk eindigt Mijn ego heeft altijd gelijk met een dringende oproep: ‘De mens is een zeer intelligent dier, dat tot nut toe zijn capaciteiten vooral heeft benut om de aarde uit te wonen - in plaats van gebruik te maken van een bijzonder vermogen dat de meeste andere dieren niet hebben: het vermogen om de wereld te bekijken door de bril van een ander. […] We hebben het vermogen om groot te denken. Laten we het gebruiken.’
Over Liesbeth Tettero
Liesbeth Tettero is trainer en coach in het openbaar bestuur (www.publice.nl) en van ambitieuze vrouwen (www.feministerie.nl).