De kleine prinses

De rolbezetting in dit sprookje, in volgorde van opkomst: Otto de Graaf, opdrachtgever (OG); Prinses Marenne, projectmanager (PM); neef Arthur, haar adviseur en alter ego; Bas Berend, haar broer (Big Brother) met zijn hondje Prince2; Dopey, Doc, Grumpy, Sleepy, Sneezy, Happy en Bashful, de koninkrijksambtenaren; koning Tita, haar vader, de filosoof. De kleine Prinses Marenne, met een parodische knipoog naar het boekje 'De kleine Prince 2', krijgt een opdracht van Otto de Graaf om een blauwe kikker te implementeren. Net als in de echte wereld heeft ook deze opdrachtgever eigenlijk geen helder idee van wat hij precies wil. En ook, net als in de echte wereld, wil hij wel snel resultaten zien. In een prachtig sprookje doorloopt Prinses Marenne alle fasen van projectmanagement en ontdekt ze alle methoden, technieken en instrumenten die daarbij horen. Die worden haar aangereikt door broer Bas Berend, zijn hondje Prince2 en de koninkrijksambtenaren. Zonder ook maar één van deze methoden, technieken en instrumenten te gebruiken, boekt ze het gewenste resultaat, maar dat is niet het in eerste instantie gevraagde resultaat. Ze gebruikt wel veel andere methoden en technieken. De revue passeren de kleuren van De Caluwé, werkstijl van Van Aken, de kussen van Van der Loo c.s., het-wij-ik en de kernkwadranten van Ofman, het Enneagram en ten slotte de logische niveaus van Bateson. Deze methoden bewezen lang niet allemaal hun wetenschappelijke waarde. Maar goed, dat doen ook verreweg de meeste van de gangbare methoden, technieken en instrumenten niet, ook Prince2 niet. Het hondje blijkt overigens een ICT-hondje te zijn: In Competent Terrein hondje. Dat is een hondje dat maar op één soort terrein effectief is, maar toch overal voor wordt gebruikt. Een paar bijzondere, of wellicht juist niet bijzondere, ontdekkingen van de kleine Prinses noem ik hier, de kleine prinses citerend. 'Ik hoef niet te scoren op managementkwaliteiten. De baas van dit land moet vertrouwen in mij krijgen.' De kleine prinses beseft dat ze een emotionele bankrekening heeft bij haar opdrachtgever. 'Een emotionele bankrekening werkt als een gewone bankrekening. Je kunt hem aanspreken, ongemerkt laten groeien en plunderen of opheffen.' 'Geef me een resultaatomschrijving, zeg me hoeveel geld ik mag uitgeven en laat me weten wanneer je het resultaat wilt hebben en ik regel het voor je', zegt Prinses Marenne. Otto de Graaf vraagt, opgelucht ademhalend, of dat gegarandeerd is. 'Gegarandeerd', had ze geantwoord, 'met 70% kans dat het niet lukt' zei ze. 'Het is haar duidelijk: de belangrijkste fase van projectmanagement is de fase vóórdat je iets een project noemt.' 'Goed projectmanagement gaat over waarde. Mooi projectmanagement gaat over waarden.' De kernboodschap van het sprookje: de essentie zit niet in methoden, technieken en modellen, maar in mensen. En daarom is het Rijnlandse gedachtegoed bij uitstek geschikt voor projectmanagement, aldus de auteurs. Als ik al iets negatiefs over het sprookje wil noemen, betreft dat de inzichten die Prinses Marenne plotseling blijkt te bezitten in het hoofdstuk 'De Grote Prins'. Ze blijkt opeens wel heel veel te weten over de relatie tussen projectmanagement en de chaostheorie en over het verschil tussen gecompliceerde en complexe projecten. Een prima verhandeling, maar in het sprookje zelf niet erg geloofwaardig. Ze valt uit haar rol. Maar ja, dat was in discussie met haar grote broer bij het 3e glas Medoc. Neem dit boek mee op vakantie! Lees het als een roman, langzaam, 'slow'. En het zal zeker inspireren.