NS en Prorail weer samenvoegen, verkeersleiding weg bij Prorail, naar de NS of zelfs naar een derde partij, directie van beiden weg. Zomaar een greep uit de plannen van de ‘experts’ in de Tweede Kamer, die spreken met het grote gelijk.
Bij het CBR, waar een faillissement dreigt, moet de directie worden vervangen. De minister overweegt samenvoeging met het RDW. Het CBR krijgt 6 maanden om orde op zaken te stellen, maar de kamer wil actie, en wel nu.
Dan de politie, daar speelt een mega-ingreep waarbij 26 korpsen fuseren tot een nationale politie met 10 districten. Ondanks de vele onderbouwde bezwaren uit ‘onverdachte’ hoek, weet de politiek het beter. Dit gaat alle problemen oplossen.
Ik zie in die verhalen een hoog gehalte ‘ballonvaarderperspectief’ (Thijs Homan, organisatiedynamica, 2005). Onze politici, comfortabel zwevend boven het publieke landschap, zien wat er misgaat en beslissen in hun oneindige wijsheid wat ‘zij’ daar beneden anders moeten doen. En gaat het niet goedschiks, dan maar kwaadschiks. Hand in eigen boezem vanwege het eigen aandeel van de politiek? Is er ietwat voorbarig geprivatiseerd?, Zou de overheid een meer faciliterende houding kunnen aannemen? Niets van dit alles, aldus de politiek.
Als er problemen zijn is de directie verantwoordelijk. Ja, formeel wel. NS en Prorail bijvoorbeeld, vormen een ingewikkelde combinatie sinds de opsplitsing. Ze leveren samen een uiterst complex product. Want we hebben het over het drukstbereden spoor van Europa, met meerdere aanbieders, waar jarenlang is gekort op noodzakelijke investeringen (politiek besluit), met enorme piekbelastingen in reizigersaanbod, hoge systemische instabiliteit als er ergens verstoringen zijn en als klap op de vuurpijl een complexe informatievoorziening. De directie wegsturen verandert die essentie niet. Dat is te simpel, symboolpolitiek.
Tussen de regels zien we een geloof in de maakbaarheid van organisaties, en dat is een heerlijk, simpel geloof. We voegen samen, fuseren en herpositioneren. Maar worden de problemen daardoor opgelost? Worden daardoor dusdanige voorwaarden geschapen dat het beter wordt? Het lijkt eerder op een spelletje schaak met dé NS, dé Politie en hét CBR als de te verplaatsen of te offeren stukken en de politiek als grootmeester. Maar wat is dat eigenlijk, dé NS en Prorail, als je iets verder kijkt dan de abstractie? Onder die abstractie zit een complex netwerk van mensen, relaties en processen die onderling afhankelijk zijn. Voor de menselijke geest is dat een nauwelijks te bevatten complexiteit.
Hoe leidt samenvoegen dan tot verbetering van die processen? De aansturing wordt eenduidiger, is het argument. Maar hoe leidt eenduidige aansturing dan tot verbetering? Dan heeft één persoon het voor het zeggen! En dat is dus té simpel, een overschatting van de reikwijdte van sturing. Naarmate de complexiteit toeneemt neemt de invloed van centrale sturing juist af, zegt de systeemtheorie. Zelforganisatie is het enige antwoord. Zet de medewerkers bij elkaar – dwars door organisatiegrenzen heen – die het primaire proces werkelijk doorgronden. Geef hen bevoegdheden om te optimaliseren en te implementeren. Als het primaire proces werkelijk leidend wordt voor ‘alle’ partijen zal het veranderen.
In de bestaande verhoudingen wordt het eigen territorium juist dichtgetimmerd. Dat zien we ook bij de huidige politie. En dus blijft het aanmodderen. Dus gaan we de organisatiegrenzen, intern en tussen betrokken organisaties, opengooien door organisaties samen te voegen. Het geloof dat daaronder zit is dat met macht de problemen in het primaire proces opgelost kunnen worden. Te simpel. In het spel van de macht wordt het optimaliseren van het primaire proces juist geblokkeerd. Want, onder de behoefte aan macht zit angst die de drang tot controle en territoriaal gedrag voedt. Bij samenvoegen culmineert de macht juist. De angst in de organisatie neemt daardoor toe, en dus ook het dichttimmeren van het eigen territorium.
De functie van de politiek is om de macht te controleren. Juist het blootleggen van die dans om de macht is haar taak, niet het aanjagen van dat spel. Het is niet de onwil van de betreffende medewerkers, zoals tussen de regels door gesuggereerd wordt. Het tegendeel is waar, ik kom vooral betrokken, gedreven medewerkers tegen, die er alles aan willen doen om een optimaal product af te leveren. Dan moeten ze daar wel toe gefaciliteerd worden. Die mensen kunnen wel wat steun van de politiek gebruiken in hun niet geziene strijd.
Voorbeelden te over. Waarom ingewikkelde, dure reorganisatieprocessen, met alle pijn die dat meebrengt, voor iets wat hier en nu kan zodra de ‘werkelijke wil’ er is?
Dus: politiek blijf bij je leest, dan kun je meer betekenen dan als je op de stoel van de macht gaat zitten, zonder zelf verantwoordelijk te hoeven zijn. Want dat is te simpel.
Albert Einstein zei het al: ‘Alles moet zo simpel mogelijk gemaakt worden, maar niet simpeler.’