Jullie omschrijven Mentale Innovatie in het boek als volgt: ‘Op basis van bevlogenheid en doorzettingsvermogen, bewegen naar een leven zonder beperkingen, waarin aanpassingsvermogen en zelfeffectiviteit de doorslag geven.’ Herman Finkers zei ooit: de cursus omgaan met teleurstellingen gaat wederom niet door. Gaat Mentale Innovatie eigenlijk niet gewoon om simpelweg goed omgaan met teleurstellingen?
Ha ha. Als je het helemaal plat slaat misschien. Mentale Innovatie is een vervolg op ons boek Maak je comeback... Maar waar comeback een stappenplan was over hoe je uit een zwart gat kunt komen, gaat mentale innovatie veel meer over jezelf duurzaam innoveren. We leven in complexe tijden, waarin onzekerheid de enige zekerheid is. Hoe kan ik voor lange tijd weer veerkrachtig worden? Hoe kan ik mijn talenten optimaal ontplooien? En hoe krijg ik weer een positief zelfbeeld? Bij techniek snapt iedereen wel wat innoveren is. Maar je kunt ook mentaal innoveren. Jezelf herontdekken. Of liever: terug naar de basis; je eigen DNA.
Heeft mentaal innoveren ook met een tijdgeest te maken? Durven we ons steeds meer kwetsbaar open te stellen? Zoals ook turnster Simone Biles deed tijdens de Olympische Spelen die ook bezweek aan druk.
Als ik naar mijn kinderen kijk (30+, relaties en gezin), dan zie ik ze hard werken en een druk privébestaan hebben. Het werk vraagt 100% inzet en in het privéleven verwachten ze die inzet ook van zichzelf. Je gaat je afvragen wat er nog van henzelf overblijft met al die eisen die er aan ze gesteld worden. Dat geldt voor de gehele maatschappij en steeds meer mensen bezwijken onder die druk. We leven in een machocultuur waar falen not done is. Dat is wel aan het veranderen. We mogen onszelf steeds meer kwetsbaar opstellen. En dat is goed: door falen leer je. Dat mag je omgaan met teleurstelling noemen, maar het zijn de momenten waarop je het snelst groeit omdat je leert wat voor jou wel en niet werkt. Als maatschappij zitten we aan de rand van een waterval en we dreigen allemaal naar beneden te sodemieteren. Wat ons rest is een tak aan de rand van de rivier. Een houvast om aan vast te grijpen. Dat houvast is dicht bij jezelf blijven. Doen wat bij je past en je niet laten meesleuren door de omgeving die dingen eist die niet bij je horen.
Het boek
Mentale Innovatie gaat ook over jouzelf. Je bent met name in de rol bij de KNVB afgebrand en je viel in een diep gat. Hoe heb jij jezelf mentaal geïnnoveerd?
Ik was veel te ver van mezelf afgedwaald. Ik werd afwachtend terwijl ik van nature actief ben. Ik werd resultaatgericht in plaats van daadkrachtig. Dat proces ging vanzelf. In kunst zit je ware DNA. Ik schoof op van kunst naar kunde: trucjes leren, doen wat de situatie verlangde. Ik wilde veel te veel verbinden. Doordat ik niet meer mezelf was, functioneerde ik ook niet op die plek. Ik ben mezelf vragen gaan stellen. Wie ben ik? Wat drijft me van binnenuit? Wat vind ik leuk? De conclusie was dat ik gewoon een leraar ben. Dat ik het leuk vind om mensen dingen bij te brengen. Aan teams werken. Dat is mijn DNA. Daar moest ik naar terug. Dat kan alleen als je jezelf veilig voelt bij mensen, vertrouwt op jezelf, en dat je ook durft te twijfelen. Niet alles moet. Als mens moet je keuzes durven te maken. Ik vond het mooi om het verhaal van oud-politicus Fred Teeven te lezen. Die man is weer buschauffeur geworden. Doet wat-ie echt wil. Na de tijd bij de KNVB leidde ik een doelloos bestaan. Dat past letterlijk niet bij een keeper. Door terug te gaan naar mijn persoonlijk DNA kon ik uit het zwarte gat komen.
Om bij voetbal te blijven… Voor Frank de Boer dreigt ook een zwart gat na het EK. Hoe kan hij zichzelf innoveren?
Wat voor hem geldt, geldt voor velen. Je moet eerst de tijd nemen om te rouwen. En als je dan de echte urgentie bij jezelf voelt om te veranderen, moet je terug naar je eigen roots. Voel je die urgentie niet, kun je doorgaan met wat je doet. Voor mij gold dat ik met mijn leven in een onacceptabele situatie was terechtgekomen en er een noodzaak tot innovatie was. Of je jezelf wel kunt veranderen? Zeker. Alleen moet je jezelf tegen het licht durven te houden. Boven jezelf uitstijgen en weten wanneer je blokkeert. Blokkerende gedachten en gedrag omzetten of afbouwen. Door dingen te proberen, jezelf vragen te stellen, ontdek je je eigenheid. Ik geloof er heilig in dat zelfreflectie basis van succes is.
In jullie boek gaat het over bevlogenheid, doorzettingsvermogen, bewegen, aanpassingsvermogen en zelfeffectiviteit. En over de dromer, de schaker, de architect en de held. Leg uit! Hoe verhouden de twee reeksen zich tot mentale innovatie?
Het is volgordelijk. De dromer denkt over een beeld van de toekomst. Over wat hij zou kunnen bereiken. De schaker denkt erover welke zetten er nodig zijn om daar te komen: wat neem je mee, wat laat je los? De architect gaat realiseren, die maakt het fundament en gaat bouwen zodat je uiteindelijk de HELD van je eigen leven kunt zijn. Die term komt van Bas Kodden: de Hoog-Energieke, Leiding-nemende Doener. Je doet waar je goed in bent en wat bijdraagt aan je geluk. Dat doe je met bevlogenheid, doorzettingsvermogen, aanpassingsvermogen en zelfeffectiviteit. Een HELD heeft een doel, een visie en zet ondanks onzekerheid, angst en tegenslag toch de stappen op weg naar dat doel. In Mentale Innovatie helpen we mensen om weer HELD van hun eigen leven te worden. Zoals ik de moed nodig had om weer ‘leraar’ te worden. Je moet het geluk hebben om pech te krijgen. Iedereen gaat wel eens plat op z’n bek. Als je pech hebt, leer je hoe je daarmee om moet gaat. Hoe je mentaal innoveert. Hoe je je niet langer laat leiden door de druk die de buitenwereld je oplegt, maar gaat doen wat dicht bij je ligt. Grijp die tak aan de rand van de waterval.