Op werkdagen voor 23:00 besteld, morgen in huis Gratis verzending vanaf €20

Recensie

Risicoleiderschap – 'Renoveer de heilige huisjes!'

Aon doet elke 2 jaar een survey naar risicomanagement. De conclusie van de Global Risk Management Survey van 2017 was dat bedrijven wereldwijd nog nooit zó slecht waren voorbereid op risico’s. Hoe komt dat?

Elly Stroo Cloeck | 10 oktober 2018 | 5-7 minuten leestijd

Slechts 27% van de 1800 deelnemers denkt de belangrijkste risico’s onder controle te hebben. Ook andere onderzoeken geven aan dat we niets zijn opgeschoten sinds de crisis. Hoe komt dat?

Het boek Risicoleiderschap van Martin van Staveren geeft een aanzet. Enerzijds wordt de wereld steeds meer volatiel, onzeker, complex en ambigu (VUCA), anderzijds kenmerkt het traditionele risicomanagement zich door verzuiling (in de tweede lijn), standaardisatie en een focus op methoden, allesbehalve dynamisch dus. De instrumentele aanpak staat vaak buiten het dagelijkse werk (van de eerste lijn). Dat past niet bij elkaar. Dit boek begeleidt ons in de transformatie van conventioneel risicomanagement naar risicoleiderschap: doelgericht omgaan met onzekerheden (in de VUCA-wereld).

Het boek bestaat uit 4 hoofdstukken en drie bijlagen. Het begint met de vragen: ‘Waarom risicoleiderschap?’ en ‘Wat is risico-leiderschap?’ De kern van het boek is hoofdstuk 3: ‘Hoe werkt risicoleiderschap?’ waarin 20 vaardigheden van de risicoleider zijn uitgewerkt in 100 aandachtspunten. In hoofdstuk 4 worden 2 tools en 7 tips gegeven om dit leiderschap te implementeren.

De 20 vaardigheden en 100 aandachtspunten kunnen in eerste instantie nogal overweldigend overkomen. De auteur heeft ze ingedeeld in 4 clusters: de 4 D’s, aspecten die bepalend zijn voor effectief risicoleiderschap.

1. De risicoleider weet wat hij/zij wil, is Doelgericht. Daar horen de volgende vaardigheden bij: Doelen leidend maken, Omgaan met meerdere èn conflicterende doelen, Waarde dominant maken en Keuzes maken.

2. Om effectief te zijn moet de risicoleider Diversiteit omarmen. Daar horen bij: Variatie toelaten. Variatie omarmen, Uitnodigen en Vragen stellen.

3. De risicoleider moet ook onzekerheid Durven omarmen. Daar horen bij: Eigenaarschap organiseren, Vanuit vertrouwen omgaan met risico’s, Onzekerheid toelaten, Onderzoek beperken, Verspilling toelaten en Gevolgen van risico’s verkleinen.

4. Als laatste moet de risicoleider het gewoon gaan Doen, experimenteren. Hierin vinden we de wat meer ‘traditionele’ vaardigheden als Functionele omvang organiseren, Alle lineaire en cyclische risicostappen zetten, Ontwikkelen, Dynamiek hanteren, Interacties doorzien en Afwijkingen vroegtijdig opmerken.

Aan de beschrijving van de vaardigheden kun je al zien dat er heel wat heilige huisjes sneuvelen, of volledig gerenoveerd worden. En dat werd tijd ook!

Een voor-de-hand-liggende vaardigheid is ‘Gevolgen van risico’s verkleinen’. Maar de insteek is verhelderend: de auteur stelt dat we te gefixeerd zijn op preventieve maatregelen. Met name bij risico’s met een kleine kans van optreden is het soms veel efficiënter om (alleen) maatregelen te treffen die het gevolg verminderen. Deze maatregelen treden pas in werking als het risico daadwerkelijk optreedt, de echte grote uitgaven doe je dus pas als ze werkelijk nodig zijn. Bij de aanleg van de Betuwelijn was er een risico op verzakking van de A15. Men kon kiezen tussen het preventief aanleggen van damwanden (à 4 miljoen) of het monitoren van mogelijke verzakkingen (à 2 ton) en dan direct repareren. Uiteindelijk trad verzakking niet op en werd 3,8 miljoen bespaard.

Ook voor-de-hand-liggend is de vaardigheid ‘Afwijkingen opmerken’. Hier presenteert hij het allerbelangrijkste aandachtspunt van de 100, waar iedereen mee zou moeten beginnen (zo zegt hij zelf): ‘het ontwikkelen van mentale fitheid’. Dat is verrassend! Het is een essentiële voorwaarde om met onzekerheid te kunnen omgaan, je eigen angst daarvoor te verminderen, je snel te kunnen aanpassen aan veranderende omstandigheden. En hoe word je mentaal fit? Ga naar een ‘sportschool voor je geest’, mediteer. Heel verfrissend om dit in een boek over risicomanagement, o nee sorry, risicoleiderschap, tegen te komen.

Minder voor-de-hand-liggend is de vaardigheid ‘Variatie toelaten’. Hierin wordt korte metten gemaakt met het gestandaardiseerde risicomanagement: één aanpak en protocol, spreadsheets en rapportages. Lekker efficiënt. Maar is het ook effectief? Bereik je hiermee het gestelde doel? Het gaat voorbij aan verschillen in werkwijzen van afdelingen in een organisatie, verschillende producten, diensten, activiteiten. Ik zou willen toevoegen: verschillende soorten mensen. Omgaan met risico’s vereist wendbaarheid, wat je niet bereikt door een ‘betonnen framework’. Ik zat letterlijk te applaudisseren toen ik deze paragraaf las.

Ook verrassend is de vaardigheid ‘Variatie benutten’ en het bijbehorende attentiepunt ‘De kracht van diversiteit benutten’: het bespreekbaar maken van de perceptieverschillen over de relevante risico’s. Als er geen verschil van inzicht is over risico’s moet je je juist zorgen maken. Het gaat hier óók over luisteren, je eigen oordeel parkeren, hoe absurd de mening van een ander ook lijkt te zijn. Een variant is de ‘grijze zwaan’: risico’s die wèl bekend zijn, alleen niet bij degenen die er iets aan moeten doen. Daarom is het belangrijk om met grote diversiteit aan deelnemers het gesprek aan te gaan.

Verder is opvallend het attentiepunt ‘Geen of beperkt onderzoek doen’, waarbij hij de gaswinning in Groningen aanhaalt. Hoe zinvol waren de onderzoeken van de laatste jaren? Wisten we niet allang dat de gaswinning aardbevingsrisico veroorzaakte? Hebben de onderzoeken meer inzicht opgeleverd? Of waren ze een bestuurlijke dekmantel om de lastige besluiten uit te stellen? Een risicoleider stelt zich de vraag of extra onderzoek ook echt benodigde informatie oplevert. Staat de beoogde risico-reductie in verhouding tot het extra geld èn de extra tijd die de onderzoeken kosten?

Uit bovenstaande bloemlezing blijkt al dat dit boek veel nieuwe inzichten oplevert en veel onderwerpen aankaart. Het is dan ook een stevig boek geworden, dat je niet in één keer uitleest. De kaders en voorbeelden verluchtigen de theorie, en regelmatig is er humor te vinden! Er wordt erg veel verwezen naar het vorige boek van de auteur, Risicogestuurd werken in de praktijk, dit boek is in feite een vervolg, of aanvulling, daarop. Desondanks is Risicoleiderschap prima te lezen als je dit boek (nog) niet kent, zoals ik

Neem daarbij de opluchting dat iemand nu eens expliciet het instrumentele, conventionele risicomanagement op de korrel neemt, dan is het resultaat voor mij: een uitstekend boek voor de moderne risicomanager of businessmanager die risicoleider wil worden maar óók, en misschien met name, voor de bestuurders en toezichthouders die hechten aan een aanpak die alleen op compliance is gericht, wars zijn van onzekerheid, en hun heil zoeken in gestandaardiseerde processen gevat in gebruiksonvriendelijke risicomanagementapplicaties, resulterend in aparte rapportages en overleggen die ver afstaan van de core business. Risicoleiderschap is in alle lagen van het bedrijf nodig, dus eigenlijk is het boek Risicoleiderschap voor iedereen.

'Risicomanagement is te belangrijk om overgelaten te worden aan de afdeling risicomanagement.'

Elly Stroo Cloeck is specialist op het gebied van GRC en Internal Audit. Daarnaast schrijft ze samenvattingen en recensies van managementboeken. Ze ontving dit boek van Managementboek.nl om te recenseren.

Over Elly Stroo Cloeck

Elly Stroo Cloeck is project- en interim-manager op het gebied van Finance, Internal Audit en Risk Management. Daarnaast schrijft ze recensies en samenvattingen van managementboeken.

Deel dit artikel

Wat vond u van dit artikel?

0
0

Populaire producten

    Personen

      Trefwoorden