Waarom we werken gaat veel minder over de vraag waarom we ‘s ochtends ons bed uitkomen, wat de titel wél suggereert. Ondanks een hoog Amerikaans gehalte waarbij - en zo nu en dan en wat kort door de bocht - Schwartz duidelijke stellingen inneemt, is dit een heel aardig boekje om te lezen.
Een van de stellingen waarmee de auteur zijn verhaal opent, is dat hedendaagse managementmethodes zijn gebaseerd op principes uit de vorige eeuw, gebaseerd op de theorieën van ‘dode economen’, zoals hij het beschrijft. De ideeën van Adam Smith en Frederick Taylor leven hardnekkig voort in de huidige managementpraktijk. Schwartz laat zien dat veel van onze huidige management’wijsheden’ in feite collectieve mythes zijn die iedereen voor waar lijkt aan te nemen. Een van de voorbeelden is het doorgeslagen productie-efficiency-denken: het fabrieksmatig inrichten van werk waarbij aan vrijwel alles (elk uur, elke diagnose/behandelcombinatie, of elke eenheid van dienstverlening) een tarief gekoppeld is. Schwartz noemt het allesbehalve een slimme vormgeving van de werkplek en het zal op den duur ook het tegenovergestelde van slimme prestaties opleveren. Een systeemwereld versus een menswereld, die uiteindelijk a) niet de meest creatieve en innovatieve leerlingen/werknemers oplevert en b) de meest getalenteerde en betrokken leerkrachten/managers doet afbranden en stuklopen op het systeem. Doorgeslagen routinevorming en overmatig toezicht schieten hun doel voorbij en worden oneigenlijke doelen op zich, in plaats van dat ze de mensheid dienen.
Naast de fabrieksmatige inrichting van het werkproces doet Schwartz de lezer inzien - ook weer op basis van diverse psychologische onderzoeken - dat materiële (financiële) prikkels zorgen voor een averechts effect. De ideeën van Smith en Taylor zijn nog steeds gebaseerd op een soort economisch haalbaar maximum waarbij de gedachte was dat fabriekskrachten door geld zijn te motiveren.
Maar het tegendeel is ook hier waar, zo meldt de psycholoog. Een hele aardige zijstap in dit verband is de verhandeling over geluk en de totstandkoming ervan. Aan de hand van onderzoeksresultaten uit de psychologie weet Schwartz haarfijn uit te leggen waardoor geluk daadwerkelijk wordt veroorzaakt. Dat is niet geld, status of een promotie; hoezeer velen dat ook willen geloven. Geluk wordt veroorzaakt door wat hij noemt ‘goed werk’: werk dat ertoe doet en dat heel dicht bij je eigen talenten, drijfveren en waardes ligt. Dat opzoeken, creëert de echt gelukkige en daarmee succesvolle werknemer.
Alhoewel de gedachtes en onderbouwing ervan aannemelijk zijn, zijn het stiekem ook wel wat open deuren. Zo nu en dan vind ik de stellingnames van de auteur zelfs wat zwart-wit. Gedurende het boek toont Schwartz aan hoe zaken in elkaar steken, maar lijkt daarbij als basis te nemen dat alle bedrijven en instellingen een soort fabrieken zijn. Mogelijk is dat in de Verenigde Staten het geval maar aangenomen dat Schwartz weet waar hij het over heeft, lijkt het me dat de werkorganisatie in Nederland toch wat moderner is. Desalniettemin is Waarom we werken een heel aardig boek voor bewustwording en inspiratie. Niet zo wereldschokkend als zijn eerdere Why More is Less, maar zeker lezenswaardig.
Robert Buisman is Co-owner van Studio Interactive, Creatief Bureau voor Interactieve Videoconcepten en Kwartiermaker bij de Dutch Innovation School, 21st Century School voor Ondernemerschap en Innovatie. Certified Design Thinker en auteur van Zakelijk succes in nieuwe tijden.
Over Robert Buisman
Robert Buisman is strateeg in B2B Marketing & Sales en Co-owner van Studio Interactive, Creatief Bureau voor Interactieve Videoconcepten. Daarnaast is hij Kwartiermaker bij de Dutch Innovation School, recensent voor Managementboek.nl en opinieblogger voor Marketingtribune.