De sociotechniek is volgens de auteur een geschikte manier van kijken naar en werken aan blokkades in de organisatiestructuur. Het is een eerste publicatie om het politiek-maatschappelijke begrip 'sociale innovatie' ook voor managers invulling te geven.
Het boek is gebaseerd op de praktijkervaring van Frank Verschuur, partner en medeoprichter van organisatieadviesbureau Rubicon. Verschuur stelt een Slow Change-aanpak voor die een cultuurverandering inhoudt, waarbij medewerkers meer verantwoordelijkheid nemen voor het vernieuwen en oplossen van problemen.
Naast een cultuurverandering levert het ook meer resultaten in productiviteit, efficiëntie en effectiviteit. Kort gezegd is het een veranderkundige opvatting op basis van het inzicht dat verandering bereikt kan worden door managers en medewerkers samen te laten ontdekken hoe ze hun organisatie beter kunnen vormgeven. Verschuur legt in het boek uit dat Slow Change verwijst naar de manager die afstand durft te nemen van de slavernij van de snel voorbijgaande waan van alle dag. Het begrip is gevonden naar analogie van de filosofie van de vertraagde tijd (Cornelis).
Hiervoor is lef nodig om te reflecteren op het eigen mentale model en de betekenis hiervan voor het eigen gedrag. Verschuur begint met begrip van de organisatie. Vorm u als manager een heldere visie van hoe de organisatie zou kunnen zijn. Ontdek vervolgens de relatie tussen structuur van de organisatie en het gedrag van medewerkers, maar ook hoe u dit via (sociotechnisch) herontwerp kunt beïnvloeden.
Een volgende stap is dat managers ook hun gedragspatronen doorbreken om echt samen met de medewerkers de organisatie te vernieuwen (sociale innovatie). Twee elementen worden met meer dan gemiddelde nadruk getoond. Allereerst de invloed van organisatiestructuur op gedrag van medewerkers. En ten tweede de aanpak van het veranderproces met combinaties van managementbijeenkomsten, werkgroepen en grote bijeenkomsten met medewerkers om meer verbinding en eigendom te bewerkstelligen.
De algemeen gehanteerde omschrijving van sociale innovatie -'slimmer werken, flexibel organiseren en dynamisch managen'- wordt als uitgangspunt gehanteerd. De uitleg van deze begrippen is vaak weinig transparant en onderbouwd. De omschrijving wordt uitgewerkt in adviezen als: meer ruimte en verantwoordelijkheid geven aan medewerkers.
Verschuur kiest duidelijk voor de benadering dat het begrip sociale innovatie kan bijdragen aan een meer verantwoord en (voor klanten, medewerkers en managers) beter vormgeven van organisaties. Een groot aantal inzichten die relevant kunnen zijn voor sociale innovatie, wordt helaas slechts kort aangestipt: kennismanagement, theorie over leren, lean management. Ook andere arbeidsverhoudingen komen slechts beperkt aan bod. Verdere uitwerking en het aantonen van de samenhang tussen deze inzichten op het niveau van teams en organisaties, zou helpen in de ontdekkingstocht naar wat sociale innovatie kan betekenen op het niveau van organisaties en hun managers en medewerkers.
Naast een publicatie over sociale innovatie biedt het boek wat mij betreft vooral een helder betoog over de impact van de organisatie-inrichting op het functioneren van medewerkers. Het helpt managers daarmee met meer inzicht in en betrokkenheid bij het werk in de organisatie. De uitgebreide hoofdstukken 2 en 3 gaan vooral over wat sociotechniek is en hoe je dat aanpakt, en wat structuurproblemen zijn en hoe ze opgelost kunnen worden. Daarbij wordt bovendien voldoende aandacht besteed aan de relevantie van dit gedachtengoed in verschillende bedrijfstakken.
Over Friso van Abbema
Friso van Abbema is ondernemer en organisatieadviseur. Hij adviseert en helpt organisaties in het publieke domein met het organiseren en resultaten bereiken via samenwerkingsverbanden.