In eerdere boeken, zoals Fokking druk, besteedde u al aandacht aan de verderfelijke invloed van social media. Waarom besloot u nu een heel boek aan dit onderwerp te wijden?
In mijn werk als psycholoog ben ik altijd bezig met mentale gezondheid, en dan vooral tegen de achtergrond van de maatschappelijk-culturele omstandigheden. En zoals je weet, hebben we in Nederland in toenemende mate te maken met burn-outs en angststoornissen. Dat is naar mijn idee geen toeval: we zitten uren per dag aan ons scherm gekluisterd en ik ben er langzaam van overtuigd geraakt dat het social media-gebruik tot de grootste gevaren voor onze geestelijke gezondheid behoort. Het is een verslaving, die bovendien een slechte invloed heeft op ons zelfbeeld. Zeker bij jongeren.
Wat is uw grootste bezwaar?
De problemen spelen op verschillende niveaus. We hebben ons langzaam maar zeker afhankelijk laten maken van technologie die niet het beste met ons voor heeft. Social media-platforms zijn vooral goed in waarde aan ons onttrekken. Ze slurpen tijd en aandacht en verdienen daar heel veel geld mee. En eigenlijk is het probleem nog groter. Sommige mensen zijn heel vatbaar voor alle desinformatie die verspreid wordt, alle hypes en manieren om mensen heel specifiek te targeten. Dat is een bedreiging voor het democratisch proces.
Maar social media hebben ons toch ook veel gebracht? Ze brengen ons in contact met allerlei mensen, je kunt ongelooflijk veel waardevolle informatie vinden.
Ik doe er expres een beetje schamper over, ik ben zeker geen technologiehater. Ik zie heus wel in dat er positieve kanten aan zitten. Er zijn zonder twijfel mensen die er wat uithalen, ook jongeren. Mijn vraag is wel: wegen de voordelen op tegen de nadelen? Ik denk dat dat vaak niet het geval is, zeker niet bij een bepaalde groep jonge gebruikers. Je kunt er gewoon niet omheen dat wij er negatieve gevolgen van ondervinden. Hoe meer tijd we doorbrengen op social media, hoe minder tijd er overblijft voor echte interacties.
In uw boek besteedt u veel aandacht aan wat we zelf kunnen doen tegen de negatieve invloeden van social media. Hoe verweert u zichzelf tegen de algoritmes?
Ik doe een paar verschillende dingen. Zo heb ik geen social media op mijn telefoon. Als je die apps altijd in de buurt hebt, zijn ze extra verslavend. Ook ben ik zeer selectief in welke platforms ik gebruik en waarvoor. Dat zijn LinkedIn en Instagram, de laatste met behoorlijke tegenzin. Ik heb iemand die mijn posts voor mij plaatst. Als ik het zelf doe, weet ik, laat ik mij gewoon weer meeslepen. Ik gebruik social media ook alleen nog zakelijk, ik vermeng ze zo min mogelijk met mijn persoonlijke leven. Als ik dat wel zou doen, ben ik meteen weer zeeën van tijd kwijt aan de fantastische levens van anderen. Platforms als SnapChat en TikTok gebruik ik helemaal niet. Voor het boek heb ik wel een poging gedaan om mezelf verslaafd te maken aan TikTok en ik begreep meteen wat er zo aantrekkelijk aan is. Maar gelukkig ben ik daar toch een beetje te oud voor.
Wat zou de eerste stap moeten zijn voor mensen die willen afkicken?
Het zou goed zijn als mensen zich bewust zijn van de verslavende werking die van social media uitgaat. Als je merkt dat je meer op de platforms zit dan je wil, is het wel tijd om iets te gaan doen. Het werkt net als bij andere verslavingen. Als je niet zonder social media wil, is het verstandig om de nadruk te leggen op de sociale kant: contact leggen en onderhouden met mensen die je kent en eventueel mensen ontmoeten die je nog niet kent. Het lastige is echter dat de algoritmes zo zijn ontworpen dat de nadruk steeds meer op het consumeren van content is komen te liggen. We blijven filmpje na filmpje hangen, we openen onze Instagram-wall met allerlei leuke mensen en dingen die je nog niet kent. Maar dat is in feite alleen maar pulp. Het is een methode waarmee de platforms jou aan het scrollen houden, terwijl de sociale functie, waar het eigenlijk mee is begonnen, naar de achtergrond verdwijnt.
Eén van de ergste dingen is dat het expres gebeurt, bleek uit de getuigenis van Meta-klokkenluider Frances Haugen.
De bedrijven zijn zich bewust van de verwoestende effecten die zij hebben op mensen. Ik kan met best voorstellen dat dat oorspronkelijk niet de bedoeling is geweest, maar het is nu wel het belangrijkste bijeffect. Alles lijkt toegestaan, dus ook emotionele manipulatie om jou verslaafd te maken. Inmiddels zitten de social media-platforms vast in de logica van de aandeelhouderswaarde en lijken ze het niet meer te kunnen aanpassen. Ze kunnen niet meer van dit model af, zelfs niet als ze het zouden willen.
Komt er een dag dat zij hiervoor verantwoordelijk worden gehouden, of is dat ijdele hoop?
We zien wel dat er steeds meer tegenwicht ontstaat. Tien jaar geleden waren we in een hallelujastemming, iedereen vond Facebook fantastisch. Maar inmiddels begint de kritiek steeds luider te worden. Mensen voelen aan dat wat dit soort bedrijven uitspookt niet oké is. De vraag is natuurlijk of we niet al te diep gevangen zitten in het systeem om er nog uit te komen. Daar gaat een belangrijk deel van het boek over: we hebben alternatieven nodig.
Zijn de alternatieven wel zo aantrekkelijk? U noemt Mastodon, BeReal, Minds. Maar het is echt onbegrijpelijk hoe Minds werkt.
Minds zelf ken ik niet goed, maar bijvoorbeeld Mastodon, dat een alternatief kan zijn voor Twitter, zit veel sympathieker in elkaar. Het zal lastig zijn om de bestaande netwerken te verlaten en een nieuw netwerk op te bouwen op een ander platform. Je stapt zomaar even over naar Mastodon, want dan ben je je doelgroep kwijt. Toch heb ik de hoop dat wij op een gegeven moment met z’n allen terechtkomen op open source-, meer community-achtige platforms.
Maar uiteindelijk moeten we een fundamentele ethische discussie gaan voeren. Hoe wenselijk vinden we de macht van de social media-platforms? Er zal gewoon wetgeving moeten komen die de invloed van deze platforms op onze jongeren en kinderen reguleert. Want alleen met zelfbeheersing gaan we het niet redden.
Over Hans van der Klis
Hans van der Klis is freelance journalist. Hij schrijft regelmatig artikelen voor Managementboek.