Het zogeheten Flynn-effect, vernoemd naar de Nieuw-Zeelandse ontdekker James Flynn, beschrijft dat elke generatie weer slimmer is dan die ervoor. De IQ-scores in Denemarken in de jaren tachtig namen bijvoorbeeld gemiddeld met 3 punten per decennium toe. Een bekende verklaring voor dit effect is dat mensen vertrouwder raken met het type vragen in de tests en daardoor steeds beter scoren. Het Flynn-effect wordt dan ook vaak aangedragen als een reden om intelligentietests te oefenen, zoals die van The Times.
De meest gevestigde verklaring voor het Flynn-effect is dat met het verbeteren van de leefomstandigheden, intelligentie toeneemt. ‘Mensen zijn, dankzij betere voeding, beter onderwijs en uitdagendere leefomgevingen, in de loop der tijd slimmer geworden,’ zo staat er deze maand in een artikel van de NewScientist. Dat betekent ook dat, nu gezonde voeding en goed onderwijs voor bijna iedereen beschikbaar is, het Flynn-effect zijn langste tijd heeft gehad. ‘We merken dat het effect in veel landen uitgewerkt raakt,’ zegt Flynn.
Maar het blijft niet bij een stagnatie in intelligentie, want in het artikel worden onderzoeken aangehaald uit verschillende Westerse landen, waaronder Nederland, en die laten inmiddels een daling zien in intelligentie. We worden steeds dommer!
Althans, dat vermoeden verschillende onderzoekers die zich in het NewScientist-artikel in allerlei mogelijke bochten wringen om de daling te verklaren. Bijvoorbeeld dat we evolueren naar een lager intelligentieniveau, omdat lager opgeleiden meer kinderen krijgen. En dat het overleven van schadelijke genetische mutaties er mogelijk aan bijdraagt dat we dommer worden. (‘Vroeger werden schadelijke mutaties net zo snel verwijderd als ze ontstonden, omdat degenen die de pech hadden er veel van te erven, jong stierven, voordat ze de kans hadden om kinderen te krijgen. Tegenwoordig gebeurt dat minder snel.’)
Flynn zelf zoekt het liever in veranderingen op het sociale vlak, zoals dalende inkomens of verslechterd onderwijs. Bovendien is hij er niet zo van overtuigd dat we daadwerkelijk dommer worden. ‘Je moet er eerst vrij zeker van zijn dat dat fenomeen echt bestaat, voordat je naarstig op zoek gaat naar mogelijke oorzaken.’