Op werkdagen voor 23:00 besteld, morgen in huis Gratis verzending vanaf €20

Interview

Barbara Kellerman

‘Begerige leiders zijn niet rationeel’

Lust, of begeerte, is voor bepaalde leiders een primaire motivatie, schrijft Harvard Business School-hoogleraar Barbara Kellerman in Leaders Who Lust. Om het fenomeen echt te begrijpen moet ook gekeken worden naar de volgers. ‘Wat bezielt mensen om een man als Roger Ailes in het zadel te houden?’

Jeroen Ansink | 18 juni 2021 | 4-6 minuten leestijd

In hoeverre verschilt lust, of begeerte, van drijfveren als ambitie en passie?
Het belangrijkste verschil is dat lust onverzadigbaar is. Ambitieuze en gepassioneerde mensen ervaren een gevoel van tevredenheid als ze hun doel bereikt hebben. Begerige leiders blijven daarentegen smachten. Een eenmaal behaald succes geeft slechts een tijdelijke bevrediging, en vormt daarna het ijkpunt voor meer, ook al is daar geen enkele rationele aanleiding voor. Een rolmodel als American football-grootheid Tom Brady heeft bijvoorbeeld zo'n beetje alles gewonnen wat er te winnen valt, maar piekert er zelfs als veertiger niet over om met pensioen te gaan. Je zou dat pathologisch kunnen noemen, maar begeerte komt onder leiders te vaak voor om echt van een ziekte te kunnen spreken. Feit is in ieder geval dat dit fenomeen door de leiderschapsindustrie compleet wordt genegeerd. Begeerte is namelijk niet te meten of te onderwijzen, en lustende leiders vormen doorgaans geen goed rolmodel. Toch is het belangrijk om dit aspect van leiderschap te begrijpen, omdat dergelijke mensen vaak een buitenproportionele invloed hebben op de samenleving.

Op welke manieren kan lust zich manifesteren?
Ik onderscheid in mijn boek zes categorieën: de lust naar macht, de lust naar geld, de lust naar seks, de lust naar succes, de lust naar legitimiteit, en de lust om blijvend een stempel op de wereld te drukken. Voorbeelden van dit soort leiders zijn respectievelijk de Chinese president Xi Jinping en wijlen Fox News-baas Roger Ailes, superbelegger Warren Buffett en oliebaron Charles Koch, de Italiaanse media-magnaat en oud-premier Silvio Berlusconi en de Amerikaanse president John F. Kennedy, sporter Tom Brady en voormalig senator en presidentskandidate Hillary Clinton, de Zuid-Afrikaanse vrijheidsstrijder Nelson Mandela en homo-activist Larry Kramer, en ten slotte investeerder George Soros en Microsoft-filantropen Bill en Melinda Gates.

De voorbeelden die u gebruikt betreffen bijna altijd mannen.
Dat komt omdat leiders in het algemeen bijna altijd man zijn. Van de Fortune-500 bedrijven wordt hooguit zes of zeven procent door een vrouw geleid. En ook in de politiek komen vrouwelijke leiders nog veel te weinig voor. Hillary Clinton is wat dat betreft echt een uitzondering.

Moet je geen expert zijn om begeerte te kunnen diagnostiseren? Is er geen gevaar dat mensen hun baas straks ten onrechte als lustende leider gaan classificeren?
Ik ben geen psycholoog, maar de bewijsvoering die ik bij mijn voorbeelden aandraag is zo overweldigend dat dat voor mijn betoog ook niet hoeft. In sommige gevallen is die lijn inderdaad misschien wat minder goed te trekken, maar een groter gevaar is dat volgers te weinig aandacht besteden aan de implicaties van het gedrag van hun baas. Of, erger nog, geen idee hebben wat ze daarmee aan moeten. Vaak is dat een kwestie van zwakheid. Volgers die zijn opgezadeld met begerige leiders hebben in het bedrijfsleven altijd de optie om zich te verzetten. Doen ze dat niet, dan zijn ze in feite medeplichtig. Dat geldt ook toezichthouders, die technisch misschien geen volgers zijn, maar zich wel als zodanig kunnen gedragen. Als we lust als motivatie serieus gaan nemen, dan hebben we nog een lang weg te gaan. Dit boek is daar een voorzetje toe.

Zijn leiders die lusten een gevaar voor hun omgeving?
Begeerte haalt vaak het slechtste in de mens naar boven, maar dat hoeft niet per se. Bill en Melinda Gates hebben met hun miljardengiften veel goeds tot stand gebracht, ook al handelen ze zeker niet uit puur altruïstische redenen. Maar bepaalde soorten lust, zoals naar geld en macht, zijn inderdaad bijna altijd schadelijk. Om dat echt te begrijpen, moet je echter ook naar de volgers kijken. Waarom gaan mensen akkoord met het terreurbewind van een leider als Roger Ailes? Ik kan me voorstellen waarom mensen zich schikken naar het regime van Xi Jinping. Het is niet makkelijk om China te ontvluchten. Maar niemand werd gedwongen om voor Fox News te blijven werken, en toch bleken mensen keer op keer bereid om een machtswellusteling in het zadel te houden. De reden blijkt eenvoudig: omdat de beloning, zoals een carrière, ook voor hen hoger was dan de kosten. Ailes was naast een machtswellusteling ook waanzinnig succesvol.

Als de omgeving akkoord gaat met een begerige leider, dan is er toch niets aan de hand?
Laat ik vooropstellen dat leiders recht hebben op een privéleven waarin ze kunnen doen en laten wat ze willen. Maar als lust hun functioneren beïnvloed, zoals bij president Bill Clinton in de Monica Lewinsky-affaire, dan heb je een probleem. Die verhouding was weliswaar volkomen consensueel, maar zorgde er wel voor dat Amerika het een jaar lang over niets anders had. Er is zelfs een theorie die zegt dat de terreuraanvallen van elf september voorkomen hadden kunnen worden als Clinton drie jaar eerder zijn hoofd bij de les zou hebben gehouden. Was hij daarmee een grotere seksverslaafde dan John F. Kennedy, die naar eigen zeggen knallende hoofdpijn kreeg als hij niet elke dag van bil ging? Waarschijnlijk niet. Maar het verschil is wel dat Kennedy’s escapades in de jaren zestig nog als een privézaak werden gezien.

Of een begerige president een probleem is, hangt dus ook af van de context.
Absoluut. Je hoeft alleen maar te kijken naar hoe de #MeToo-beweging topmannen in sommige landen aan de schandpaal heeft genageld voor gedrag dat in andere samenlevingen nog steeds geaccepteerd wordt. Tegelijkertijd is de lust naar geld, die eeuwenlang een doodzonde was, sinds de jaren tachtig min of meer sociaal geaccepteerd, onder meer dankzij de uitspraak ‘Greed is good’ uit de film Wall Street. Daarnaast is er vaak ook sprake van een kip/ei-dynamiek. Leiders hebben meer mogelijkheden hebben om hun lusten te botvieren naarmate ze hoger op de carrièreladder staan. Dat maakt het soms moeilijk te bepalen of lust de oorzaak, dan wel het gevolg van leiderschap is.

Over Jeroen Ansink

Jeroen Ansink is journalist in New York. Hij schrijft en schreef onder meer voor HP/De Tijd, Elsevier Weekly Magazine en Fortune.com. Voor Managementboek schrijft hij interviews. Ansink voltooide een vrij doctoraal in de Letteren aan de Radboud Universiteit in Nijmegen en behaalde het certificaat Business Journalism aan de Wharton Business School aan de Universiteit van Pennsylvania.

Deel dit artikel

Wat vond u van dit artikel?

0
0

Boek bij dit artikel

Barbara Kellerman, Todd Pittinsky
Leaders Who Lust

Populaire producten

    Personen

      Trefwoorden