Hoofdzaken milieuheffingen
Paperback Nederlands 2019 11e druk 9789013145540Samenvatting
Buigt u zich in het dagelijks leven geregeld over vraagstukken omtrent milieuheffingen? Deze bundel schetst een compleet en actueel beeld van ingewikkelde regelingen, in het bijzonder de rijksmilieubelastingen. Ook treft u een overzicht aan van de belangrijkste bepalingen uit het recente ontwerp-klimaatakkoord. Praktische voorbeelden maken de stof behapbaar.
FFS27 Hoofdzaken Milieuheffingen (HZMH) biedt een volledig overzicht van milieuheffingen in Nederland. Het betreft de heffingen die door het Rijk en de lagere overheid worden geheven. Ook wordt stilgestaan bij het formele recht.
Alle ingewikkelde wettelijke regelingen, zoals met name de rijksmilieubelastingen, worden voor u verhelderd. Praktische voorbeelden maken de stof snel inzichtelijk. Ook de belangrijkste bepalingen uit het recente ontwerp-klimaatakkoord komen aan bod, met alternatieven voor de geboden oplossingen.
De bundel is bovendien volledig en actueel op het gebied van jurisprudentie en wetgeving, bijgewerkt tot december 2018. Wetteksten zijn in beperkte mate opgenomen; de nadruk ligt in deze titel op de praktische en wetenschappelijke aspecten. Uiteraard vindt u belangrijke wijzigingen sinds de vorige editie verwerkt. Zo komt onder andere de vraag aan de orde of de energiebelasting met ODE-opslag het beste instrument is voor financiering van de energietransitie.
De bundel bevat waardevolle kennis voor heffingsambtenaren, rechters en politici. Ook studenten profiteren van de zowel de praktische als wetenschappelijke invalshoek op milieuheffingen.
Specificaties
Lezersrecensies
Inhoudsopgave
Lijst van gebruikte afkortingen / XXVII
HOOFDSTUK 1
Milieuheffingen, het belaste milieu / 1
1.1 Inleiding / 1
1.2 Heffingen en belastingen / 1
1.3 Een terug- en vooruitblik / 3
1.3.1 Regulerende heffingen / 5
1.3.2 Niet-regulerende heffingen / 5
1.3.3 Milieuheffingen als sluitpost / 6
1.4 De vervuiler betaalt / 7
1.5 Met zijn allen? / 8
1.6 De Urgenda-zaak, de les van de rechter / 11
1.7 Klimaattafels. Algemeen en belastingmaatregelen / 15
1.8.1 Nader over fiscaliteit klimaattafels. Verfijning/aanpassing bestaande heffingen / 20
1.8.2 De bestaande energiebelasting nader beschouwd / 20
1.8.3 Schuiven en compenseren of een ander alternatief? / 21
1.8.3.1 Woningtypen en EB / 27
1.8.3.2 Lagere inkomens ontzien / 28
1.8.3.3 Vrijstelling aan de voet / 28
1.8.3.4 De EB/ODE het juiste middel? / 28
1.8.4 De groene auto / 29
1.8.4.1 Algemeen / 29
1.8.4.2 Klimaatakkoord financiële en fiscale stimulering groene auto en groen rijden / 30
1.8.4.3 Andere vormen van bekostiging mobiliteit / 31
1.8.5 Andere autobelasting / 32
1.8.6 Gele hesjes in Nederland verenigt u! / 33
1.8.7 Tenslotte, Verbreding / 34
1.9 Belangrijke doeleinden wel of niet via fiscale weg. / 38
1.9.1 Algemeen. Beperkte toepassing fiscaliteit / 38
1.9.2 Een internationale nul op de meter(NOM) scan(INOM-scan) / 39
1.9.2.1 Bevolkingsgroei en de ontwikkelingsvariant / 40
1.9.2.2 Andere mogelijkheden van de ontwikkelingsvariant / 41
1.9.3 Consumptiecontingentering, op de bon (en niet op de bonnefooi) dus / 41
1.9.4 INOM variabelen voor eigen land, optimalisatie / 43
1.9.5 Bestaande en nieuwe fiscale maatregelen voor het milieu / 44
1.9.5.1 Bestaande fiscale ondernemersfaciliteiten / 44
1.9.5.2 Andere tegemoetkomingen ondernemers / 47
1.9.5.3 Investeren voor niet-ondernemers. DIA ca. / 47
1.9.5.4 Fietsen maar / 49
1.9.6 Samenvatting op hoofdlijnen / 49
1.9.7 Afronding / 51
HOOFDSTUK 2
Europese aspecten van milieuheffingen / 53
2.1 Inleiding / 53
2.2 Milieubeleid en milieuheffingen in het VWEU / 53
2.2.1 Milieuactieprogramma’s / 55
2.3 Nationale milieuheffingen en de secundaire wetgeving van de EU / 56
2.3.1 Accijnsrichtlijnen en milieuheffingen / 56
2.3.1.1 Belastingen op niet-accijnsproducten / 58
2.3.2 Harmonisatie van belastingen op energie: voorgeschiedenis en Commissievoorstellen / 59
2.3.3 Richtlijn 2003/96/EG; herstructurering van belastingen op energieproducten en elektriciteit / 61
2.3.3.1 Producten onderworpen aan harmonisatie / 62
2.3.3.2 Onderscheid zakelijk gebruik – niet-zakelijk gebruik / 63
2.3.3.3 Vrijstellingen / 64
2.3.3.4 Vrijstellingen voor de (energie-intensieve) industrie / 66
2.3.3.5 Heffingssystematiek / 67
2.4 Milieuproductrichtlijnen en milieuheffingen / 68
2.5 VWEU en milieuheffingen / 70
2.5.1 Verbod op douanerechten en heffingen van gelijke werking / 70
2.5.2 Fiscaal discriminatieverbod / 71
2.5.3 Verbod op kwantitatieve beperkingen van de invoer / 73
2.5.4 Steunmaatregelen en subsidies / 74
HOOFDSTUK 3
Wet belastingen op milieugrondslag / 79
3.1 Inleiding en milieuratio / 79
3.2 Historie / 81
3.2.1 Stelsel van algemene belastingen op brandstoffen / 81
3.2.2 Verbreding grondslag / 81
3.3 Belasting op leidingwater / 82
3.3.1 Begripsbepalingen / 83
3.3.2 Grondslag / 85
3.3.3 Belastbaar feit / 85
3.3.4 Belastingplichtige / 86
3.3.5 Maatstaf van heffing / 86
3.3.6 Tijdstip verschuldigdheid / 87
3.3.7 Tarief leidingwaterbelasting / 88
3.3.8 Herrekening / 88
3.3.9 Vrijstellingen / 88
3.3.10 Teruggaaf / 89
3.3.11 Administratieplicht / 89
3.4 Afvalstoffenbelasting / 90
3.4.1 Systematiek afvalstoffenbelasting / 90
3.4.1.1 Begripsbepalingen / 91
3.4.1.2 Definitie afvalstoffen / 91
3.4.1.3 Aansluiting bij Wet milieubeheer / 91
3.4.1.4 Definitie begrip zeer laag radioactief afval / 91
3.4.1.5 Definitie begrip verwijderen / 92
3.4.1.6 Definitie begrip nuttige toepassing / 92
3.4.1.7 Definitie begrip storten / 92
3.4.1.8 Definitie begrip inrichting / 92
3.4.1.9 Definitie begrip baggerspecieafvalstoffen / 93
3.4.1.10 Definitie begrip stoffen / 94
3.4.1.11 Definitie begrip preparaat / 94
3.4.1.12 Definitie begrip percolaat / 94
3.4.1.13 Definitie begrip stortgas / 94
3.4.1.14 Verordening overbrenging afvalstoffen / 95
3.4.1.15 Definitie begrip zuiveringsslib / 95
3.4.2 Stoffen niet gerekend tot afvalstoffen / 95
3.4.3 Heffingsgrondslag / 95
3.4.4 Fictie verwijdering alle afgegeven afvalstoffen / 96
3.4.5 Fictie totale gewicht afvalstoffen / 96
3.4.6 In Nederland bewerkte buitenlandse afvalstoffen / 97
3.4.7 Rechtsvermoeden van verwijdering / 97
3.4.8 Import afvalstoffen / 97
3.4.9 Export afvalstoffen / 97
3.4.9.1 Heffingsgrondslag verbreed / 98
3.4.9.2 Brengen buiten Nederland ter verwijdering / 98
3.4.9.3 Verbreding maatstaf van heffing / 98
3.4.9.4 Aanvraag en inhoud beschikking ILT / 99
3.4.9.5 Termijn indiening aanvraag beschikking ILT / 99
3.4.9.6 Intrekking beschikking ILT / 100
3.4.9.7 Ambtshalve afgifte beschikking ILT / 100
3.4.9.8 Afvalstoffenbelastingheffing en delegatiebepalingen / 100
3.4.9.9 Toezicht naleving administratieve verplichtingen / 101
3.4.9.10 Nadere regels ten behoeve van de uitvoering / 101
3.4.9.11 Geen of minder belasting verschuldigd / 101
3.4.9.12 Tijdstip verschuldigdheid bij verwijdering buiten Nederland / 102
3.4.9.13 In/uit-methodiek / 103
3.4.9.14 Tarief bij overbrenging uit Nederland / 103
3.4.10 Vrijstelling baggerspecie / 104
3.4.11 Belastingplichtige / 104
3.4.12 Maatstaf van heffing en verschuldigdheid / 104
3.4.13 Tijdstip van verschuldigdheid / 105
3.4.14 De in/uit-methodiek / 105
3.4.15 Belastingvermindering naar verhoudingsgetal / 106
3.4.16 Berekening verhoudingsgetal / 106
3.4.17 Herrekening verhoudingsgetal / 107
3.4.18 Vermindering verschuldigde belasting / 107
3.4.19 Tarief afvalstoffenbelasting / 108
3.4.20 Vrijstelling baggerspecie / 108
3.4.21 Vrijstelling zuiveringsslib / 109
3.4.22 Vrijstelling afgifte asbest / 109
3.4.23 Teruggaafregelingen / 110
3.4.24 Administratieplicht houder inrichting / 111
3.4.25 Administratieplicht verhoudingsgetal / 111
3.4.26 Administratieplicht overbrenging afvalstoffen / 111
3.5 Kolenbelasting / 112
3.5.1 Begripsbepalingen / 112
3.5.2 Uitbreiding begrip uitslag / 113
3.5.3 Inperking begrip uitslag / 114
3.5.4 Uitbreiding begrip invoer / 115
3.5.5 Grondslag / 116
3.5.6 Belastbaar feit / 116
3.5.7 Belastingplichtige / 117
3.5.8 Inrichting / 117
3.5.9 Vergunning voor een inrichting / 117
3.5.10 Tijdstip verschuldigdheid / 119
3.5.11 Heffing bij invoer / 119
3.5.12 Maatstaf van heffing / 119
3.5.13 Tarief kolenbelasting / 120
3.5.14 Raffinaderijvrijstelling / 120
3.5.15 Vrijstelling duaal gebruik / 121
3.5.16 Voorwaarden vrijstellingen / 122
3.5.17 Teruggaaf / 122
3.5.18 Vermis en verloren gaan / 123
3.5.19 Administratieplicht / 124
3.6 Energiebelasting / 124
3.6.1 Begripsbepalingen / 124
3.6.1.1 Motorrijtuig / 124
3.6.1.2 Elektriciteitsbeurs / 125
3.6.1.3 Gasbeurs / 125
3.6.1.4 Verbruiksperiode / 125
3.6.1.5 Eindfactuur / 126
3.6.1.6 Aansluiting / 127
3.6.1.7 Installatie voor warmtekrachtkoppeling / 127
3.6.1.8 Installatie voor blokverwarming / 127
3.6.1.9 Hernieuwbare energiebronnen / 128
3.6.1.10 Biomassa / 128
3.6.1.11 Zuivere biomassa / 128
3.6.1.12 Normaalkubiekemeter / 129
3.6.1.13 Aardgas / 129
3.6.1.14 Distributienet aardgas / 129
3.6.1.15 Elektriciteit / 130
3.6.1.16 Distributienet elektriciteit / 130
3.6.1.17 Brandstof / 130
3.6.1.18 Energie-intensief bedrijf / 130
3.6.1.19 Kosten aankoop energieproducten en elektriciteit, productiewaarde en toegevoegde waarde / 131
3.6.1.20 Compressed Natural Gas (CNG) / 131
3.6.1.21 CNG-vulstation / 131
3.6.1.22 Zakelijk verbruik / 132
3.6.1.23 Niet-zakelijk verbruik / 132
3.6.1.24 Coöperatie / 132
3.6.1.25 Vereniging van eigenaars / 132
3.6.1.26 Productie-installatie / 132
3.6.1.27 Postcodesysteem / 133
3.6.1.28 Postcodegebied / 133
3.6.1.29 Begrip levering / 133
3.6.2 Grondslag / 133
3.6.3 Belastbaar feit / 134
3.6.3.1 Levering van aardgas en elektriciteit via een aansluiting / 134
3.6.3.2 Belastbaar feit aardgas / 135
3.6.3.3 Belastbaar feit elektriciteit / 135
3.6.3.4 Aansluiting / 135
3.6.3.5 Levering van aardgas aan CNG-vulstation / 136
3.6.4 Duurzame zelfopwekking elektriciteit door kleinverbruiker / 137
3.6.5 Aanvullende belastbare feiten / 138
3.6.5.1 (a) Levering anders dan via een aansluiting / 138
3.6.5.2 (b) Aardgas verkregen via gasbeurs; elektriciteit verkregen via elektriciteitsbeurs / 139
3.6.5.3 (c) Verbruik van aardgas en elektriciteit door leveranciers / 140
3.6.5.4 (d) Eigen verbruik van de winner/producent / 140
3.6.6 Leveringen aan doorleverancier / 140
3.6.7 Vrijstelling zelfopwekking / 141
3.6.8 Aanvullende vrijstellingen / 143
3.6.8.1 (a) Elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen / 143
3.6.8.2 (b) Elektriciteit opgewekt met een noodinstallatie / 144
3.6.8.3 (c) Stortgas, rioolwaterzuiveringsgas en biogas / 144
3.6.8.4 (d) Elektriciteit uit installatie voor warmtekrachtkoppeling / 144
3.6.9 Btw en zonnestroom / 145
3.6.10 Raffinaderijvrijstelling / 145
3.6.11 Belastingplichtige / 145
3.6.12 Fiscaal vertegenwoordiger / 146
3.6.13 Maatstaf van heffing / 147
3.6.14 Tijdstip verschuldigdheid / 147
3.6.15 Geleverde hoeveelheden / 148
3.6.16 Meerdere leveranciers / 148
3.6.17 Tarief energiebelasting / 148
3.6.17.1 Tarief aardgas / 149
3.6.17.2 Tarief nihil / 150
3.6.17.3 Tarief CNG / 150
3.6.17.4 Tarief elektriciteit / 151
3.6.17.5 Tarief groeiproces glastuinbouwproducten / 152
3.6.17.6 Tarief glastuinbouwondernemer in moeilijkheden / 153
3.6.17.7 Tarief laadpalen / 154
3.6.18 Vrijstelling lokaal duurzaam opgewekte energie / 155
3.6.18.1 Vormgeving / 155
3.6.18.2 Toepassingsvoorwaarden / 157
3.6.18.3 Productie en verbruik elektriciteit vinden in elkaars nabijheid plaats (nabijheidscriterium) / 158
3.6.18.4 Van rijkswege geen andere bijdrage voor productie-installatie of opwekking elektriciteit / 158
3.6.18.5 Leden coöperatie of VVE / 158
3.6.18.6 Tijdstip toepassing verlaagd tarief / 159
3.6.18.7 Garanties van oorsprong / 159
3.6.18.8 Beschikking aangewezen coöperatie of VVE / 159
3.6.18.9 Investeringszekerheid / 160
3.6.18.10 Hoeveelheidsgrenzen aardgas en elektriciteit / 160
3.6.18.11 Hoeveelheidsgrenzen aardgas glastuinbouw / 160
3.6.18.12 Hoeveelheidsgrenzen blokverwarming / 161
3.6.18.13 Hoeveelheidsgrenzen zakelijk verbruik met tarief niet-zakelijk verbruik / 161
3.6.19 Herrekening wegens afwijkende verbruiksperiode / 161
3.6.20 Geleverde hoeveelheid aardgas gemeten in Nm3 / 162
3.6.21 Belastingvermindering / 162
3.6.22 Vrijstellingen / 163
3.6.22.1 Aardgas en elektriciteit gebruikt voor opwekking elektriciteit / 163
3.6.22.2 Installatie met elektrisch rendement van minimaal 30 percent / 164
3.6.22.3 Aardgas gebruikt voor chemische reductie en elektrolytische en metallurgische procedés / 164
3.6.22.4 Aardgas gebruikt voor mineralogische procedés / 165
3.6.22.5 Aardgas gebruikt anders dan als brandstof als additief of als vulstof / 165
3.6.22.6 Administratieve verplichtingen / 165
3.6.23 Teruggaaf energie-intensieve bedrijven / 166
3.6.24 Teruggaaf blokverwarming / 167
3.6.25 Teruggaaf verschillende leveranciers / 168
3.6.26 Teruggaaf zakelijk verbruik / 169
3.6.27 Teruggaaf maatschappelijke instellingen / 170
3.6.27.1 Teruggaaf gebouwen openbare eredienst en openbare bezinningsbijeenkomsten / 170
3.6.27.2 Teruggaaf non-profitinstellingen / 170
3.6.27.3 Teruggaaf onroerende zaak hoofdzakelijk in gebruik bij meer dan één instelling / 170
3.6.27.4 Statuut Burgerlijk Wetboek / 171
3.6.27.5 Teruggaaf verbruiker / 171
3.6.27.6 Teruggaaf beheerder / 171
3.6.27.7 Uitvoeringsregelgeving / 172
3.6.28 Teruggaaf bepaalde bestemmingen / 172
3.6.28.1 Teruggaaf opwekken elektriciteit / 172
3.6.28.2 Teruggaaf chemische reductie en elektrolytische en metallurgische procedés / 172
3.6.28.3 Teruggaaf verbruik anders dan als brandstof, als additief of vulstof / 172
3.6.28.4 Uitvoeringsregelgeving / 173
3.6.29 Teruggaaf vaart op Uniewateren / 173
3.6.30 Administratieplicht / 174
3.6.31 Administratieplicht belastingplichtige / 174
3.6.32 Administratieplicht installatie zuivere biomassa / 175
3.6.33 Administratieplicht installatie biomassa / 175
3.7 Vliegbelasting / 176
HOOFDSTUK 4
Accijns van minerale oliën / 179
4.1 Milieuratio / 179
4.2 Europese belasting / 181
4.3 Implementatie in Nederland / 182
4.4 Definities minerale oliën / 183
4.5 Zes categorieën minerale oliën / 187
4.6 Maatstaf van heffing en tarief / 188
4.6.1 Accijnsgoederen van de zes categorieën / 188
4.6.2 Oliën en andere producten gebruikt als motorbrandstof, als additief of als vulstof in motorbrandstoffen / 188
4.7 Belastingplichtige / 190
4.8 Belastbaar feit / 190
4.9 Verschuldigdheid / 191
4.10 Accijnsschorsingsregeling / 192
4.10.1 Gesloten stelsel van onderling verbonden accijnsgoederenplaatsen en belastingentrepots / 192
4.10.2 Verlegging heffingsmoment / 193
4.10.3 Accijnsgoederenvervoer / 193
4.10.4 Excise Movement Control System (EMCS) / 194
4.10.5 Accijnsschorsingsregeling en invoerrechten / 195
4.10.6 Vergunning / 195
4.10.7 Veraccijnsde goederen / 195
4.11 Vrijstellingen / 196
4.11.1 Vrijstelling niet-brandstof, verwarming, of additief in motorbrandstof / 196
4.11.2 Raffinaderijvrijstelling / 197
4.11.3 Vrijstelling bestemming die niet of niet voldoende uit de goederen zelf blijkt / 197
4.11.4 Vrijstelling aandrijving van schepen en scheepsbehoeften / 198
4.11.5 Vrijstelling voortstuwing van luchtvaartuigen / 198
4.11.6 Vrijstelling bevoorrading schepen en luchtvaartuigen / 199
4.11.7 Vrijstelling onderzoek, kwaliteitscontroles en smaaktesten / 199
4.11.8 Vrijstelling reizigersbagage / 199
4.11.9 Vrijstelling diplomaten, internationale organisaties en buitenlandse strijdkrachten / 199
4.12 Teruggaaf / 200
4.12.1 Teruggaaf opwekking elektriciteit / 200
4.12.2 Teruggaaf in plaats van aanspraak op vrijstelling / 201
4.12.3 Teruggaaf teloorgaan en vernietiging onder ambtelijk toezicht / 201
4.12.4 Teruggaaf overbrenging veraccijnsde goederen naar derde land / 202
4.12.5 Teruggaaf inslag veraccijnsde goederen in accijnsgoederenplaats / 202
4.12.6 Teruggaaf overbrenging veraccijnsde goederen naar andere lidstaat / 202
4.12.7 Teruggaaf voorkoming dubbele accijnsheffing door onregelmatigheid / 202
4.12.8 Teruggaaf luchtvaartuigen / 203
4.12.9 Teruggaaf glastuinbouw / 203
4.12.10 Teruggaaf instellingen openbare eredienst, openbare bezinningsbijeenkomsten, non-profit / 204
4.12.11 Teruggaaf biobrandstoffen / 204
4.12.12 Teruggaaf vloeibaar gemaakt aardgas, methaan en biogas / 205
4.12.13 Teruggaaf ten hoogste het bedrag dat aan accijns is voldaan / 205
HOOFDSTUK 5
Autobelastingen / 207
5.1 Belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992 / 207
5.1.1 Milieuratio / 207
5.1.2 Inleiding tot de BPM / 208
5.1.3 Belastbaar feit / 209
5.1.4 Definities / 211
5.1.4.1 Autobus / 211
5.1.4.2 Bestelauto / 211
5.1.4.3 Catalogusprijs / 212
5.1.4.4 Kentekenregister / 212
5.1.4.5 Hoogte en lengte en constructietechnische afwerking laadruimte / 212
5.1.4.6 Laadruimte / 212
5.1.4.7 Verschil in hoogte tussen cabine en laadruimte / 212
5.1.4.8 Hoogte cabine / 213
5.1.4.9 Lengte cabine / 213
5.1.4.10 Lengte laadruimte / 213
5.1.4.11 Hoogte vaste wand / 213
5.1.4.12 Meest naar achteren gelegen bevestigingspunt / 213
5.1.4.13 Ondoorzichtig en vormvast materiaal / 214
5.1.4.14 Zijruiten / 214
5.1.4.15 Vaste, vlakke laadvloer / 214
5.1.4.16 Motorrijwiel / 214
5.1.4.17 Netto catalogusprijs / 215
5.1.4.18 Normale gebruiksschade / 215
5.1.4.19 Personenauto / 215
5.1.4.20 Vrachtauto / 215
5.1.4.21 Bijzondere personenauto – kampeerauto / 216
5.1.4.22 Rechten bij invoer / 216
5.1.4.23 Registreren of registratie / 216
5.1.4.24 Uitbreiding begrip registratie / 216
5.1.4.25 Toegestane maximum massa / 217
5.1.5 Belastingplichtige / 217
5.1.5.1 Degene op wiens naam het voertuig is gesteld in het kentekenregister / 217
5.1.5.2 Degene die het voertuig feitelijk ter beschikking heeft / 217
5.1.6 Wijze van heffing / 217
5.1.6.1 Aangiftebelasting / 217
5.1.6.2 Voldoening en aangifte gelijktijdig vóórdat het voertuig op naam is gesteld / 218
5.1.6.3 Leeftijdskorting / 218
5.1.6.4 Naheffing kan plaatsvinden vóór registratie voertuig / 218
5.1.6.5 Bekendmaking naheffingsaanslag zowel door inspecteur als door ontvanger / 218
5.1.6.6 Kantoor Belastingdienst gesloten / 219
5.1.6.7 Belastingdienst gesloten en controle / 219
5.1.6.8 Vertegenwoordiging bij tenaamstelling in kentekenregister / 219
5.1.6.9 Voldoening BPM per tijdvak / 220
5.1.7 Tarief / 220
5.1.7.1 Tarief personenauto / 220
5.1.7.2 Tarief bestelauto / 222
5.1.7.3 Nultarief / 222
5.1.7.4 Catalogusprijs nieuwe personenauto of bestelauto / 222
5.1.7.5 Catalogusprijs gebruikte personenauto, motorrijwiel of bestelauto / 222
5.1.7.6 Nieuwe of gebruikte personenauto, motorrijwiel of bestelauto / 223
5.1.7.7 Nauwelijks gebruikt is nieuw / 224
5.1.7.8 Staat (nieuw of gebruikt) op tijdstip van belastbare feit / 225
5.1.7.9 Begunstigend beleid tot 16 juni 2010 / 225
5.1.7.10 Catalogusprijs ander voertuig / 226
5.1.7.11 Catalogusprijs niet bekend / 226
5.1.7.12 Niet fabrieksmatig vervaardigd voertuig / 226
5.1.7.13 Tijdstip inschrijving kentekenregister of eerste ingebruikneming vóór 1 januari 1993 / 226
5.1.7.14 Bijzondere uitvoering en accessoires / 226
5.1.7.15 Meting CO2-uitstoot / 226
5.1.7.16 Herrekening CO2-uitstoot conform correlatiemethode / 227
5.1.7.17 Finale vaststelling CO2-uitstoot / 227
5.1.8 Fiscaal discriminatieverbod – artikel 110 VWEU / 228
5.1.8.1 Waarde gebruikte auto bij invoer / 228
5.1.8.2 In strijd met artikel 110 VWEU / 230
5.1.8.3 Artikel 1 van het Eerste Protocol bij het EVRM / 231
5.1.8.4 Vermindering gebruikte auto’s / 231
5.1.8.5 Afschrijving / 231
5.1.8.6 Afschrijving volgens de uitvoeringsregeling / 231
5.1.8.7 Afschrijving marge-auto / 232
5.1.8.8 Afschrijving kampeerauto / 232
5.1.8.9 Afschrijving schadeauto / 233
5.1.8.10 Afschrijving bij tariefverlaging / 234
5.1.8.11 Afschrijving vóór 1 januari 2010 / 235
5.1.8.12 Volledige afschrijving bestelauto / 235
5.1.8.13 Volledige afschrijving personenauto of motorrijwiel / 235
5.1.8.14 Tijdstip eerste ingebruikneming onbekend / 236
5.1.8.15 Koerslijst / 237
5.1.8.16 Meer dan normale gebruiksschade – taxatierapport / 237
5.1.8.17 Gegevens gebruikt bij vaststellen afschrijving / 237
5.1.8.18 Voertuig in ongewijzigde staat voor controle beschikbaar houden / 239
5.1.8.19 Wederinvoer / 240
5.1.8.20 Opnieuw te naam stellen in kentekenregister / 240
5.1.8.21 Lagere BPM op enig tijdstip sinds eerste ingebruikneming gebruikt voertuig / 240
5.1.8.22 Veroordeling werkelijk gemaakte proceskosten / 240
5.1.8.23 Verrekening eerder voldane BPM / 241
5.1.8.24 Vordering vertegenwoordiger op principaal / 242
5.1.8.25 Vordering principaal op vertegenwoordiger / 242
5.1.9 Naheffing / 242
5.1.9.1 BPM niet voldaan bij gebruik van de openbare weg / 242
5.1.9.2 Voertuig in andere staat gebracht – niet langer voldoen aan voorwaarden nultarief / 242
5.1.9.3 Wijziging CO2-uitstoot / 243
5.1.9.4 Naheffing van degene op wiens naam het voertuig voorafgaand was gesteld / 243
5.1.9.5 Meer CO2-uitstoot – feitelijk ter beschikking staan / 244
5.1.10 Vrijstellingen / 244
5.1.10.1 Bedrijfsvoorraad / 244
5.1.10.2 Militaire voertuigen / 244
5.1.10.3 Bestelauto’s op naam van een ondernemer / 245
5.1.10.4 Uitgeleende bestelauto / 245
5.1.10.5 Niet langer voldoen aan voorwaarden vrijstelling / 246
5.1.10.6 Wijziging tenaamstelling bestelauto / 247
5.1.10.7 Bestelauto met vrijstelling wordt personenauto / 247
5.1.10.8 Personenvervoer in laadruimte bestelauto / 247
5.1.10.9 Bedrag vrijstelling niet als BPM verschuldigd / 248
5.1.10.10 Bedrag vrijstelling als BPM verschuldigd / 248
5.1.10.11 Vrijstelling voertuigen voor specifieke doeleinden / 249
5.1.11 Teruggaaf / 249
5.1.11.1 Brengen buiten Nederland – uitvoer / 249
5.1.11.2 Permanent karakter / 249
5.1.11.3 Voorwaarden teruggaaf / 250
5.1.11.4 Unierechtelijk algemeen belang en evenredigheidsbeginsel / 251
5.1.11.5 Tijdelijk gebruik Nederlands wegennet / 251
5.1.11.6 Rest-BPM / 251
5.1.11.7 Rente / 252
5.1.11.8 Niet gebonden aan kentekenregister / 252
5.1.11.9 Wederuitvoer / 252
5.1.11.10 Voorwaarden wederuitvoer / 253
5.1.11.11 Teruggaaf verleend mits BPM ooit voldaan / 253
5.1.11.12 Voldane BPM verminderd met tabelbedrag / 254
5.1.11.13 Terbeschikkingstelling voertuig in Nederland / 255
5.1.11.14 Buiten Nederland geregistreerde auto’s gebruikt door in Nederland wonende werknemers / 256
5.1.11.15 Voorwaarden buiten Nederland geregistreerde auto’s gebruikt door Nederlands ingezetenen buiten Nederland / 256
5.1.11.16 Voorwaarden buiten Nederland geregistreerde auto’s gebruikt vanuit buiten Nederland door in Nederland wonende personen / 257
5.1.11.17 Voorwaarden buiten Nederland geregistreerde auto’s bij aanspraak op vrijstelling van rechten van invoer / 257
5.1.11.18 Andere periode van terbeschikkingstelling / 258
5.1.11.19 Niet langer voldaan aan voorwaarden voor verrekening / 258
5.1.11.20 Kennisgeving aan inspecteur / 259
5.1.11.21 Teruggaaf specifieke voertuigen / 259
5.1.11.22 Voorwaarden politievoertuigen / 260
5.1.11.23 Voorwaarden brandweervoertuigen / 260
5.1.11.24 Voorwaarden ambulances / 260
5.1.11.25 Voorwaarden rouwauto’s / 261
5.1.11.26 Voorwaarden voertuigen gevangenenvervoer / 261
5.1.11.27 Voorwaarden voertuigen voor vervoer van rolstoelgebruikers in groepsverband / 261
5.1.11.28 Voorwaarden dierenambulances / 262
5.1.11.29 Voorwaarden voertuigen voor geldtransport / 262
5.1.11.30 Goedkeuring bepantserde auto’s / 262
5.1.11.31 Goedkeuring voertuigen rampen en calamiteiten / 263
5.1.11.32 Bestelauto’s type chassiscabine / 263
5.1.11.33 Goedkeuring lichte vuilnisauto’s / 263
5.1.11.34 Afleveringskosten / 263
5.1.11.35 Niet langer voldaan aan de voorwaarden / 264
5.1.11.36 Wijziging tenaamstelling / 264
5.1.11.37 Teruggaaf bestelauto’s ingericht voor gehandicapte persoon / 264
5.1.11.38 Gehandicapte ander dan degene op wiens naam de bestelauto is gesteld / 265
5.1.11.39 Rechthebbende / 265
5.1.11.40 Aanspraak op teruggaaf / 265
5.1.11.41 Maximum bedrag teruggaaf / 266
5.1.11.42 Niet langer voldaan aan voorwaarden / 266
5.1.11.43 Wijziging tenaamstelling bestelauto / 266
5.1.11.44 Overlijden gehandicapte / 267
5.1.11.45 Personenvervoer in laadruimte bestelauto / 267
5.1.11.46 Alleen teruggaaf BPM bij voldoening BPM / 267
5.1.11.47 Personenauto voor openbaar vervoer of taxivervoer / 268
5.1.11.48 Aanspraak op teruggaaf / 269
5.1.11.49 Niet langer voldaan aan voorwaarden / 269
5.1.11.50 Wijziging tenaamstelling / 270
5.1.11.51 Teruggaaf niet verschuldigd als BPM / 270
5.1.11.52 Bedrag teruggaaf als BPM verschuldigd / 270
5.1.11.53 Teruggaaf personenauto voor openbaar vervoer of taxivervoer / 271
5.1.11.54 Afschaffing met overgangsrecht / 271
5.1.12 Tariefwijzigingen / 272
5.1.12.1 Faciliteit bij tariefsverhoging / 272
5.1.12.2 Faciliteit bij tariefsverlaging / 273
5.1.12.3 Indexering / 273
5.1.13 Zekerheid / 273
5.1.13.1 Stellen van zekerheid voor verschuldigde BPM / 273
5.1.13.2 Berekening zekerheid / 273
5.1.14 Controle / 274
5.2 Motorrijtuigenbelasting 1994 / 274
5.2.1 Milieuratio – Schoon en zuinig / 274
5.2.2 Zuinig / 275
5.2.3 Volledig elektrische auto’s / 275
5.2.4 Geharmoniseerde testmethode CO2-uitstoot lichte voertuigen / 275
5.2.5 Inleiding tot de MRB / 276
5.2.6 Definities / 276
5.2.6.1 Motorrijtuig / 276
5.2.6.2 Personenauto / 277
5.2.6.3 Inrichtingsvereisten personenauto / 277
5.2.6.4 Personenauto van meer dan 3.500 kilogram / 277
5.2.6.5 Laadruimte personenauto / 278
5.2.6.6 Bestelauto / 278
5.2.6.7 Motorrijwiel / 278
5.2.6.8 Autobus / 278
5.2.6.9 Vrachtauto / 279
5.2.6.10 Aanhangwagen / 279
5.2.6.11 Koppelinrichting / 279
5.2.6.12 Bedrijfsvoorraad / 279
5.2.6.13 Herstelbedrijf / 279
5.2.6.14 Eigen massa / 279
5.2.6.15 Toegestane maximum massa / 279
5.2.6.16 Maximum massa vrachtauto voorzien van koppelinrichting / 280
5.2.6.17 Richtlijn / 280
5.2.6.18 Kentekenregister / 280
5.2.6.19 Tenaamstelling / 280
5.2.6.20 Weg / 280
5.2.7 Belastingplichtige / 280
5.2.7.1 Op wiens naam het voertuig is gesteld / 280
5.2.7.2 Feitelijk ter beschikking / 281
5.2.7.3 In buitenland geregistreerd / 281
5.2.7.4 Uitzondering kentekenplicht / 281
5.2.7.5 Hoofdverblijf in Nederland buitenlandse niet-ondernemer / 281
5.2.7.6 Hoofdverblijf in Nederland buitenlandse ondernemer / 281
5.2.7.7 Ter beschikking van een ander / 281
5.2.7.8 Voertuig zonder kenteken / 282
5.2.8 Wijze van heffing / 282
5.2.8.1 Tijdvak / 282
5.2.8.2 Aanvang tijdvak / 282
5.2.8.3 Voertuig zonder kenteken / 282
5.2.8.4 Voertuig in het buitenland geregistreerd / 282
5.2.9 Aangifte en tijdstip van betaling / 283
5.2.9.1 Aangiftebelasting / 283
5.2.9.2 Voldaan bij aanvang tijdvak / 283
5.2.9.3 Doen van aangifte / 283
5.2.9.4 Doen van aanvullende aangifte / 283
5.2.10 Teruggaaf / 284
5.2.11 Nultarief personenauto / 284
5.2.11.1 Standaardtarief personenauto / 284
5.2.11.2 Brandstoftoeslag voor personenauto’s niet aangedreven door benzine / 284
5.2.11.3 Aangedreven door diesel / 285
5.2.11.4 Aangedreven anders dan door benzine of diesel / 285
5.2.11.5 Aangedreven door aardgas / 285
5.2.11.6 Elektromotor / 285
5.2.11.7 Kampeerauto / 285
5.2.11.8 Nultarief bij CO2-uitstoot nul gram per kilometer / 286
5.2.11.9 Meting CO2-uitstoot / 286
5.2.11.10 Herrekening CO2-uitstoot conform correlatiemethode / 287
5.3 Belasting zware motorrijtuigen (BZM) / 287
5.3.1 Milieuratio / 287
5.3.2 Inleiding tot de BZM / 289
5.3.2.1 Eurovignetverdrag / 289
5.3.2.2 Unieraamwerk fiscale harmonisering wegvervoer / 290
5.3.2.3 Eurovignetrichtlijn I / 291
5.3.2.4 Eurovignetrichtlijn I nietig / 292
5.3.2.5 Eurovignetrichtlijn II / 292
5.3.2.6 Vernieuwingsvoorstellen / 292
5.3.2.7 Vernieuwingsvoorstel COM(2017)275 / 293
5.3.2.8 Vernieuwingsvoorstel COM(2017)276 / 293
5.3.2.9 Actualisering milieudifferentiatie / 294
5.3.3 Belastbaar feit / 294
5.3.3.1 Gebruik autosnelwegen in Nederland / 294
5.3.3.2 Algemene bestemming / 295
5.3.3.3 Regelmatige en duurzame deelneming aan de mededinging / 295
5.3.4 Definities / 296
5.3.4.1 Zwaar vrachtvoertuig / 296
5.3.4.2 Toegestane maximum massa / 296
5.3.4.3 Weg / 296
5.3.4.4 Autosnelweg / 296
5.3.4.5 Categorie NIET-EURO / 297
5.3.4.6 Categorie EURO I / 297
5.3.4.7 Categorie EURO II / 297
5.3.4.8 Categorieën EURO 0, EURO I, EURO II, EURO III, EURO IV en EURO V / 297
5.3.4.9 Categorie EURO VI en schoner / 297
5.3.5 Voorwerp van belasting / 298
5.3.5.1 Geheven van ieder zwaar vrachtvoertuig afzonderlijk / 298
5.3.5.2 Tezamen met de getrokken aanhanger of oplegger / 298
5.3.5.3 Algemene bestemming / 298
5.3.5.4 Uitsluitend bestemd of gebruikt voor goederenvervoer over de weg / 299
5.3.5.5 Verkoop van producten vanuit het zware vrachtvoertuig / 299
5.3.5.6 Vuilniswagens / 300
5.3.6 Belastingplichtige / 301
5.3.6.1 Drie categorieën houders / 301
5.3.6.2 Regulier gekentekende vrachtvoertuigen / 302
5.3.6.3 Niet gekentekende vrachtvoertuigen / 302
5.3.6.4 Buitenlandse vrachtvoertuigen / 302
5.3.6.5 Feitelijk gebruik door een ander gedurende langere periode / 302
5.3.6.6 Bij voor bezwaar vatbare beschikking / 303
5.3.6.7 Feitelijk gebruiker / 303
5.3.7 Heffingstijdvak / 303
5.3.7.1 Tijdvak van een dag / 303
5.3.7.2 Tijdvak van een week / 304
5.3.7.3 Tijdvak van een maand / 304
5.3.7.4 Tijdvak waarvoor een certificaat kan worden aangeschaft / 304
5.3.7.5 Aangifte via internet / 304
5.3.8 Tarief / 305
5.3.8.1 Tijdvak van één jaar / 305
5.3.8.2 Tijdvak van één maand / 305
5.3.8.3 Tijdvak van één week / 305
5.3.8.4 Tijdvak van één dag / 306
5.3.8.5 Aantal assen / 306
5.3.8.6 Tarief vanaf 1 juli 2019 of 1 januari 2020 / 306
5.3.8.7 Tijdvak van één jaar / 307
5.3.8.8 Tijdvak van één maand / 307
5.3.8.9 Tijdvak van één week / 308
5.3.8.10 Tijdvak van één dag / 308
5.3.8.11 Euronorm niet geregistreerd / 308
5.3.8.12 Duiding zwaar vrachtvoertuig zonder Euronorm in kentekenregister of kentekenbewijs / 308
5.3.9 Aangifte / 309
5.3.9.1 Voldoening op aangifte / 309
5.3.9.2 Digitaal aangifte doen / 310
5.3.10 Naheffing en boete / 310
5.3.10.1 Regime naheffing en beboeting / 310
5.3.10.2 Boetebeleid / 310
5.3.11 Teruggaaf / 311
5.3.11.1 Voorwaarden teruggaafverlening / 311
5.3.11.2 Gecombineerd vervoer / 311
5.3.11.3 Gebruik voor begin- of eindtraject over de weg / 312
5.3.11.4 Periode teruggaaf / 312
5.3.11.5 Administratieve vereisten / 312
5.3.12 Vrijstelling / 313
5.3.12.1 Militaire zware vrachtvoertuigen / 313
5.3.12.2 Zware vrachtvoertuigen voor politie / 313
5.3.12.3 Zware vrachtvoertuigen voor brandweer / 314
5.3.12.4 Zware vrachtvoertuigen behorend tot bedrijfsvoorraad / 314
5.3.12.5 Zware vrachtvoertuigen voor aanleg en onderhoud wegen / 315
5.3.12.6 Zware vrachtvoertuigen voor geringe afstand over de weg / 315
5.3.12.7 Zware vrachtvoertuigen voor kermis of circus / 316
5.3.13 Aanwijzing bepaalde wegen waarvan gebruik aan BZM is onderworpen / 316
5.3.14 Controlebevoegdheid / 317
5.3.15 Buitenlands betalingsbewijs / 317
HOOFDSTUK 6
Zuiveringsheffing en verontreinigingsheffing / 319
6.1 Inleiding / 319
6.2 De ontstaansgeschiedenis / 320
6.2.1 Zuiveringsheffing en verontreinigingsheffing / 320
6.2.2 De organisatie van het waterbeheer in Nederland / 320
6.2.3 De financiering van het waterbeheer / 321
6.2.4 De financiering van het zuiveringsbeheer / 321
6.3 Toekomstige ontwikkelingen / 321
6.3.1 De toekomst van de zuiveringsheffing / 322
6.3.2 De toekomst van de verontreinigingsheffing / 323
6.4 Het heffingensysteem / 323
6.4.1 Het belastbaar feit / 323
6.4.2 De grondslag / 324
6.4.3 Zuurstofbindende stoffen / 324
6.4.4 Andere stoffen / 324
6.4.5 De maatstaf van heffing / 325
6.4.6 Methoden ter bepaling van de vervuilingswaarde / 326
6.4.7 De hoedanigheidscorrectie / 326
6.4.8 Zware metalen en zouten / 327
6.4.9 Het belastbare feit / 328
6.4.10 Oppervlaktewaterlichaam / 329
6.4.11 Zuiveringtechnisch werk / 330
6.4.12 IBA / 332
6.4.13 Wie is heffingplichtig / 332
6.4.14 De vaststelling van de vervuilingswaarde / 333
6.4.15 Meting, bemonstering en analyse / 333
6.4.16 Frequentie van meting en bemonstering / 334
6.4.17 Representatiefstelling belasting per etmaal / 334
6.4.18 Heffingplichtige laat voorgeschreven meting ten onrechte achterwege / 334
6.4.19 Onregelmatigheden in het lozingspatroon / 335
6.4.20 Aftrek vervuilingswaarde van ingenomen water / 336
6.5 Een nadere beschouwing van de heffingplichtigen / 337
6.5.1 Inleiding: de vervuiler betaalt / 337
6.5.2 De huishoudens / 338
6.5.2.1 De woonruimten / 338
6.5.2.2 Het woonruimteforfait / 341
6.5.2.3 Het waterspoor / 343
6.5.2.4 Verhuizing / 344
6.5.2.5 De recreatiewoning / 344
6.5.2.6 De feitelijke gebruiker / 346
6.5.3 Bedrijfsruimten / 347
6.5.3.1 Het begrip bedrijfsruimte / 347
6.5.3.2 Hoofdregel voor aanslagberekening / 349
6.5.3.3 Beperkt meten, bemonsteren en analyseren / 349
6.5.3.4 De tabel afvalwatercoëfficiënten / 349
6.5.3.5 De tabel afvalwatercoëfficiënten, zware metalen en zouten / 351
6.5.3.6 Glastuinbouwbedrijven / 351
6.5.3.7 Kleine bedrijven / 351
6.5.3.8 De feitelijke gebruiker / 352
6.6 De vrijstellingen / 352
6.7 Tarief / 353
HOOFDSTUK 7
Rioolheffingen / 355
7.1 Inleiding / 355
7.1.1 Oorsprong van de rioolheffingen / 355
7.1.2 Eén of twee heffingen? / 356
7.1.3 Karakter van de heffing / 357
7.1.4 Kostendekking / 357
7.1.4.1 Kostentoedeling / 357
7.1.4.2 Raming van de baten en de lasten / 358
7.1.4.3 De wijze van toetsen door de belastingrechter / 359
7.1.4.3.1 Algemene rechtsbeginselen / 360
7.1.4.3.2 Bewijslast / 360
7.1.4.3.3 Het BBV / 362
7.1.4.3.4 De rol van belanghebbende / 362
7.1.4.4 Schending van de opbrengstnorm / 363
7.1.4.5 Toe te rekenen baten en lasten / 364
7.1.4.5.1 Baten ter zake / 364
7.1.4.5.2 Lasten ter zake / 364
7.1.4.5.2.1 Indirecte kosten en overhead / 365
7.1.4.5.2.2 Gemengde kosten / 365
7.1.4.5.2.3 Oninbaar en kwijtschelding / 367
7.1.4.5.2.4 Perceptiekosten / 367
7.1.4.5.2.5 Rentelasten / 367
7.1.4.5.2.6 Omzetbelasting uit btw-compensatiefonds / 368
7.1.4.5.3 Verboden lasten / 369
7.2 Belastingobject / 374
7.2.1 Perceel / 374
7.2.2 Zelfstandig gedeelte / 374
7.2.3 Samenstel / 375
7.2.4 Objectafbakening in het kader van de Wet WOZ / 376
7.3 Belastbaar feit / 378
7.3.1 Gemeentelijke riolering / 378
7.3.2 Directe of indirecte aansluiting / 379
7.3.3 Collectief goed / 380
7.4 Belastingplichtige / 383
7.4.1 Eigenaar / 384
7.4.2 Gebruiker / 384
7.4.2.1 Kortstondige verhuur / 384
7.4.3 Meerdere eigenaren of gebruikers / 385
7.4.4 Kaderrichtlijn water / 386
7.4.5 Politieke ontwikkelingen / 388
7.5 Maatstaf / 389
7.5.1 Vast bedrag per perceel / 390
7.5.2 Bedrag afhankelijk van het waterverbruik / 390
7.5.3 Bedrag afhankelijk van de grootte van een huishouden / 392
7.5.4 WOZ-waarde / 392
7.6 Vrijstellingen / 393
7.7 Tarief / 394
HOOFDSTUK 8
Grondwaterheffing / 397
8.1 Inleiding / 397
8.2 Het karakter van de grondwaterheffing / 398
8.3 De provinciale grondwaterheffing / 398
8.3.1 Inleiding / 398
8.3.2 Belastingplichtigen / 399
8.3.3 Heffingsgrondslag / 399
8.3.4 De te verhalen kosten / 400
8.4 De tarieven / 404
8.5 Vrijstellingen / 405
8.6 Vereisten verordening / 405
HOOFDSTUK 9
Grondwaterbeschermingsheffing / 407
9.1 Inleiding / 407
9.2 De ontstaansgeschiedenis van de huidige regeling / 408
9.3 De grondwaterbeschermingsheffing / 409
9.3.1 De aanwijzing van bodembeschermingsgebieden / 409
9.3.2 Het karakter van de heffing / 409
9.3.3 Belastingplichtigen / 410
9.3.4 De met de heffing te verhalen kosten / 410
9.3.5 De heffingsmaatstaf / 411
9.3.6 Het tijdstip van instelling van de heffing / 411
9.4 De provinciale heffingverordening / 412
9.4.1 Vereisten heffingverordening / 412
9.4.2 Knelpunten / 413
HOOFDSTUK 10
Ontgrondingenheffing / 415
10.1 Inleiding / 415
10.2 Het karakter van de ontgrondingenheffing / 415
10.3 De ontgrondingenheffing / 416
10.3.1 Belastingplicht en belastbaar feit / 416
10.3.2 Heffingsgrondslag en tarieven / 416
10.3.3 Vrijstellingen / 416
10.4 Geschiedenis van de ontgrondingenheffing / 416
10.5 Overige aspecten / 417
HOOFDSTUK 11
Reinigingsheffingen / 419
11.1 Inleiding / 419
11.1.1 Oorsprong van de reinigingsheffingen / 419
11.1.2 Afvalstoffenheffing of reinigingsrechten? / 420
11.2 De afvalstoffenheffing / 421
11.2.1 Karakter van de heffing / 421
11.2.2 Inzamelplicht / 422
11.2.3 Belastingobject / 425
11.2.4 Belastingplicht / 427
11.2.5 Kostendekking / 432
11.2.5.1 Maximale kostendekking / 432
11.2.5.2 Raming van baten en lasten / 433
11.2.5.3 Specifieke lasten / 434
11.2.6 Heffingsmaatstaf en tarief / 438
11.2.6.1 Geen differentiaties verplicht / 438
11.2.6.2 Veel gehanteerde heffingsmaatstaven voor de afvalstoffenheffing / 439
11.2.6.3 Diftar / 440
11.2.6.3.1 Landelijk beleid / 440
11.2.6.3.2 Gemeentelijk beleid / 442
11.2.7 Vrijstellingen / 445
11.3 Het reinigingsrecht / 445
11.3.1 Verschillen met de afvalstoffenheffing / 445
11.3.2 Bedrijfsafval / 446
11.3.3 Kostendekking / 446
11.3.4 Heffingsmaatstaven / 446
HOOFDSTUK 12
De nazorgheffing gesloten stortplaatsen / 447
12.1 Inleiding / 447
12.2 Karakter van de heffing / 447
12.3 Verhaal van kosten van de nazorg / 448
12.4 Belastingplichtige / 449
12.5 De vaststelling van de nazorgheffing / 449
12.5.1 Vaststelling en berekening van de heffing / 449
12.5.2 De vereveningsheffing / 451
12.5.3 Baggerspeciestortplaaten / 451
12.6 Zekerheidsstelling / 451
12.7 Het provinciale Nazorgfonds / 452
12.7.1 Het nazorgfonds / 452
12.7.2 Ontvangsten van het nazorgfonds / 452
12.7.3 Uitgaven van het nazorgfonds / 452
12.7.4 Het risicofonds / 453
HOOFDSTUK 13
Formeelrechtelijke bepalingen / 455
13.1 Inleiding – overzicht kenbronnen / 455
13.2 Bevoegde heffingsinstanties / 456
13.3 Wet belastingen op milieugrondslag / 457
13.4 Accijnzen van minerale oliën / 458
13.5 Belasting op personenauto’s en motorrijwielen / 459
13.6 Grondwaterbeschermingsheffing / 459
13.7 Grondwaterheffing / 459
13.8 Ontgrondingenbelasting / 460
13.9 Afvalstoffenheffing, rioolrechten en reinigingsrechten / 460
13.10 Verontreinigingsheffing / 460
13.11 Verontreinigingsheffing Rijk / 461
13.12 Verontreinigingsheffing waterschappen / 461
13.13 Heffingssystemen / 461
13.14 Heffing bij wege van aanslag / 462
13.15 Heffing bij wege van voldoening op aangifte / 463
13.16 Heffing op andere wijze / 463
13.17 Meeliften / 464
13.18 Bezwaar / 464
13.19 Beroep / 465
13.20 Hoger beroep / 467
13.21 Beroep in cassatie / 469
13.22 Belastingrente en invorderingsrente / 469
13.23 Belastingrente / 470
13.24 Invorderingsrente / 471
13.25 Overige formele bepalingen / 472
Curricula vitae / 473
Trefwoordenregister / 475
Rubrieken
- advisering
- algemeen management
- coaching en trainen
- communicatie en media
- economie
- financieel management
- inkoop en logistiek
- internet en social media
- it-management / ict
- juridisch
- leiderschap
- marketing
- mens en maatschappij
- non-profit
- ondernemen
- organisatiekunde
- personal finance
- personeelsmanagement
- persoonlijke effectiviteit
- projectmanagement
- psychologie
- reclame en verkoop
- strategisch management
- verandermanagement
- werk en loopbaan