Vpb-plicht bij overheidslichamen

Voorwoord / V
Afkortingen & begrippen / XI

Hoofdstuk 1
Historische schets / 1
1.1 Inleiding / 1
1.2 Wet belastingheffing van overheidsbedrijven van 28 juni 1956 / 1
1.3 Privatisering in de jaren tachtig / 1
1.4 Herbezinning in de jaren negentig – Contourenschets / 2
1.5 Notitie belastingplicht overheidsbedrijven in 2007 en voortgang tot mei 2013 / 2
1.6 Europese Commissie grijpt in op 2 mei 2013 / 3
1.7 Consultatievoorstel van 14 april 2014 / 4
1.8 De Wet modernisering Vpb-plicht overheidsondernemingen / 4
1.9 Fiscale verzamelwet 2015 en Prinsjesdag 2015 / 4
1.10 Latere wijzigingen / 5
1.11 Afsluiting / 5

Hoofdstuk 2
De vennootschapsbelastingplicht voor overheidsondernemingen tot 1 januari 2016 / 7
2.1 Inleiding / 7
2.2 Directe overheidsbedrijven / 7
2.2.1 Onderneming / 8
2.2.2 Publiekrechtelijke rechtspersoon / 8
2.2.3 Fictieve renteaftrek voor directe overheidsbedrijven / 9
2.3 Indirecte overheidsbedrijven / 10
2.3.1 Inleiding / 10
2.3.2 Belastingplichtig voor zover een genoemd bedrijf wordt uitgeoefend / 10
2.3.3 Uitzondering / 13
2.4 Belaste overheidsbedrijven / 14
2.4.1 Landbouwbedrijven / 15
2.4.2 Nijverheidsbedrijven / 16
2.4.3 Mijnbouwbedrijven / 16
2.4.4 Handelsbedrijven / 17
2.4.5 Vervoersbedrijven / 17

2.4.6 Bouwkassen / 18
2.5 Afsluiting / 18

Hoofdstuk 3
De vennootschapsbelastingplicht voor overheidsondernemingen vanaf
1 januari 2016 / 19
3.1 Inleiding / 19
3.2 Directe overheidsondernemingen / 19
3.3 Indirecte overheidsondernemingen / 20
3.4 Ondernemingsbegrip / 21
3.4.1 Inleiding / 21
3.4.2 Kernbeschrijving van een onderneming / 22
3.4.3 Toetsing van de drie kernvoorwaarden / 24
3.5 Andere relevante elementen van het ondernemingsbegrip / 30
3.5.1 Inleiding / 30
3.5.2 Concurrentiecriterium / 30
3.5.3 Beleggen versus ondernemen / 31
3.5.4 Resultaat uit overige werkzaamheden (ROW) / 33
3.5.5 Bijzondere situaties / 34
3.5.6 Bestrijding van CV-structuren / 34
3.6 Splitsing belaste versus onbelaste sfeer / 35
3.6.1 Inleiding / 35
3.6.2 Richtlijnen voor de splitsing van activiteiten / 37
3.6.3 Vermogensetikettering / 37
3.7 Vrijstellingen / 38
3.8 Afsluiting / 39

Hoofdstuk 4
Algemene vrijstellingen / 41
4.1 Inleiding / 41
4.2 Objectvrijstelling, systematiek / 42
4.2.1 Toerekening activa en passiva / 42
4.2.2 Gebruik fiscale eenheid / 43
4.2.3 Toepassing van rechtswege / 44
4.2.4 Definitie privaatrechtelijk overheidslichaam (van een publiekrechtelijke rechtspersoon) / 45
4.3 Vrijstelling voor overheidstaken / 47
4.3.1 Werking / 47
4.3.2 Overheidstaken / 48
4.3.3 Wettelijke overheidstaken / 49
4.3.4 Taken verricht als overheid voor de btw / 50
4.3.5 Geen lijst met kwalificerende overheidstaken, maar een open norm / 51
4.4 Vrijstelling voor interne activiteiten / 52
4.4.1 Achtergrond / 52

4.4.2 Uitwerking / 53
4.5 Vrijstelling voor quasi-inbesteding / 56
4.5.1 Achtergrond / 56
4.5.2 Uitwerking / 56
4.6 Vrijstelling voor samenwerkingsverbanden / 58
4.6.1 Achtergrond / 58
4.6.2 Samenwerkingsvormen / 59
4.6.3 Samenvattend voorbeeld / 68
4.7 Vrijstelling voor dienstverleningsovereenkomsten / 69
4.7.1 Achtergrond / 69
4.7.2 Uitwerking / 70
4.8 Afsluiting / 71

Hoofdstuk 5
Specifieke vrijstellingen / 73
5.1 Inleiding / 73
5.2 Subjectvrijstelling versus objectvrijstelling / 73
5.2.1 Verschillen tussen de subjectvrijstelling en de objectvrijstelling / 73
5.2.2 Subjectvrijstelling (art. 6b en 6c Wet VPB 1969) / 74
5.2.3 Objectvrijstelling (art. 8g Wet VPB 1969) / 75
5.3 Academische ziekenhuizen / 75
5.3.1 Inleiding / 75
5.3.2 Subjectvrijstelling / 76
5.3.3 Objectvrijstelling / 82
5.3.4 Samenloop met algemene vrijstellingen / 82
5.4 Bekostigd onderwijs en onderzoek / 83
5.4.1 Inleiding / 83
5.4.2 Subjectvrijstelling / 84
5.4.3 Objectvrijstelling / 89
5.4.4 Samenloop met algemene vrijstellingen / 91
5.4.5 Voorbeelden / 91
5.5 Zeehavens / 93
5.5.1 Inleiding / 93
5.5.2 Subjectvrijstelling / 93
5.5.3 Formele onderzoeksprocedure Europese Commissie / 94
5.6 Afsluiting / 95

Hoofdstuk 6
Aandachtspunten bij Vpb-plicht voor overheidsondernemingen / 97
6.1 Inleiding / 97
6.2 De openingsbalans / 98
6.2.1 Functie van de openingsbalans en de totaalwinst / 98
6.2.2 Uitgangspunten bij het opstellen van openingsbalans / 100
6.2.3 Algemene waardering / 102
6.2.4 Waardering specifieke vermogensbestanddelen / 104
6.3 Toerekening van kosten en baten/verrekenprijzen / 110
6.3.1 Introductie / 110
6.3.2 Wet modernisering Vpb-plicht overheidsondernemingen / 114
6.4 Overdracht van publiekrechtelijke ondernemingen / 122
6.5 Teruggaaf dividendbelasting / 124
6.6 Afsluiting / 125

Hoofdstuk 7
Wet Markt en Overheid / 127
7.1 Inleiding / 127
7.2 Strekking van de wet / 127
7.3 Gedragsregels / 128
7.3.1 Integrale kostendoorberekening / 128
7.3.2 Bevoordelingsverbod / 129
7.3.3 Gegevensgebruik / 130
7.3.4 Functiescheiding / 130
7.4 Werkingssfeer / 131
7.5 Uitzonderingen / 132
7.6 Afsluiting / 133

Hoofdstuk 8
Afsluiting / 135

Trefwoordenregister / 137