Meten is weten. Weten is voorspellen. Voorspellen is beheersen. Dit mantra lijkt het denken van beleidsmakers, politici en managers te beheersen. 'Weten is meer dan meten' van Tobias Reijngoud zet vraagtekens bij dit ideaal. Dat doet het boek door te kijken naar 'economisering', en naar wat er verloren gaat als marktwerking het ordenende principe wordt in de samenleving. Reijngoud beschrijft de opkomst van het neoliberalisme en marktdenken, een ideologie die inmiddels alomtegenwoordig lijkt. Kenmerkend voor dit denken is dat alles economisch nuttig moet zijn, financieel rendement moet opleveren. Iets is pas van waarde als het meetbaar is. Zo kan in dit denken de waarde van een natuurgebied bepaald worden door vast te stellen hoeveel pannenkoekenhuizen er rendabel geëxploiteerd kunnen worden. En levert een bouwproject op diezelfde plek meer op, dan is de keuze snel gemaakt: bouwen maar. Dit voorbeeld laat meteen zien wat er verloren gaat in deze logica. De cijfertjes kloppen, maar misschien is de waarde van een bos niet gelijk te stellen aan hoeveel pannenkoeken en ijsjes je er kunt verkopen? Door een flink aantal opinieleiders te interviewen probeert Reijngoud in kaart te brengen wat door het marktdenken in verschillende maatschappelijke sectoren verloren gaat, en om alternatieven voor dit dominante neoliberale denken te formuleren. Ik had echter de indruk dat wat de auteur 'interviews' noemt in feite geschreven bijdragen van bekende opiniemakers zijn. Zo is lang niet altijd duidelijk wie er aan het woord is, de geïnterviewde of de auteur. Naast zeer lezenswaardige bijdragen van bijvoorbeeld Hans Achterhuis of Evelien Tonkens zijn er ook bijdragen die wel een aantal kritische vragen van de interviewer hadden kunnen gebruiken. Of sterker ingrijpen van de auteur: zo wordt in de laatste bijdrage het thema van het boek doodleuk terzijde geschoven en snijdt de geïnterviewde een heel ander onderwerp aan. Een kritische interviewer wordt ook op een ander punt gemist. Zo lijkt voor een aantal geïnterviewden het neoliberalisme te staan voor alles wat slecht en verdorven is. Die karikatuur staat echter een zorgvuldige en vooral diepgravende analyse in de weg, want hoe verklaren we dan de aantrekkingskracht die het neoliberalisme toch onmiskenbaar ook heeft? Door van de tegenstander een stroman te maken kom je niet vanzelf met betere ideeën, integendeel. Al met al is dit boek een aardige inleiding in een belangrijk en uiterst actueel thema. Het biedt de aanzet tot verder denken, lezen en discussiëren. Alleen kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat het onderwerp een scherpere analyse verdient dan het schot hagel dat de bundel nu is.
Over Yvette Bartholomée
Yvette Bartholomée is freelance onderzoeker en tekstschrijver. Zij houdt zich onder andere bezig met marktwerking in de publieke sector, de relatie tussen wetenschap en beleid en de geschiedenis van de menswetenschappen.